Opinie

Criteria voor hulp van Voedselbank hebben een bijsmaakje

Fieneke de Vries heeft het niet makkelijk. Sinds enkele jaren is ze weduwe en moet ze rondkomen van een uitkering. Met drie kinderen, onder wie twee schoolgaande, is dat geen vetpot. Iedere maand is het weer spannend of ze uitkomt. Vooral voor onverwachtse gebeurtenissen is ze vuurbang. Vorig jaar werd de fiets van haar oudste gestolen. Dat was een forse aanslag op haar spaarcentjes. Gelukkig heeft ze een klein potje zodat ze zulke tegenvallers net kan opvangen. Dat ze wel eens wat opzij kan leggen, is te danken aan de krantenwijk van haar oudste zoon. Daar koopt hij zijn kleding van en dat geeft haar wat lucht.

Jan van Klinken
29 April 2011 15:30Gewijzigd op 14 November 2020 14:45

Het is dat ze haar uitgaven goed bewaakt en heel streng is voor zichzelf, anders zou ze het niet rooien. Pas las ze in de krant over voedselbanken. Dat sprak haar aan. Eens in de week een gratis pakket betekent immers een leuke financiële meevaller. Ze had gebeld en er was een meneer gekomen die haar financiële plaatje had bekeken. Of ze schulden had? Nee, dat was gelukkig niet het geval. Daarna had ze uitsluitsel gekregen over haar aanvraag. Helaas, ze zat boven de norm. Jammer, geen wekelijks voedselpakket. Daar begreep ze niets van. Waren er dan mensen die het nog slechter hadden?

Een paar straten verder woont Angela Draaisma. Ze heeft twee kleine kinderen en woont alleen sinds haar man ontdekte dat ze met een ander scharrelde. Ook zij leeft van een uitkering. Dat lukt haar niet. Aan het eind van de maand is telkens de portemonnee leeg. Tot voor kort aten ze dan maar enkele dagen koeken in plaats van een warme maaltijd.

Als er iets stukgaat, kan ze het niet laten repareren. Pas brak de ruit van een binnendeur. Daar heeft ze maar een stuk karton voor geplakt. Toch worden er af en toe leuke spullen gebracht. Dat vindt ze het sympathieke van postorderbedrijven: je hoeft niet meteen te betalen. Pas zag ze zo’n leuke tuinset in de catalogus. Daar kon ze geen nee tegen zeggen. Ze moet nu iedere maand 25 euro afbetalen. Geen geld, vindt ze zelf.

Wel begint het al met al aardig op te lopen, het bedrag dat ze maandelijks kwijt is aan al die postorderbedrijven. Vorig jaar lukte het opeens niet meer om aan alle betalingsverplichtingen te voldoen. Aanmaning na aanmaning rolde in de bus. Via de schuldhulpverlening wordt nu geprobeerd dat in goede banen te leiden. Af en toe wordt ze er chagrijnig van. Wat een gezeur. Waarom heeft zij eigenlijk geen recht op zulke spullen en anderen wel?

Tegenwoordig heeft ze een leuke meevaller. Iedere week krijgt ze van de voedselbank een grote doos met gratis boodschappen. Iedere keer is het weer een verrassing. Chips, champignons, aardappeltjes, verse groenten – soms is het het lekkerste van het lekkerste. Alleen dat bruine brood hoeft ze niet. Dat gaat zo de kliko in. Ze houdt alleen van wit. Een medewerkster van de sociale dienst heeft dat wekelijkse pakket voor haar geregeld. Een meneer heeft haar situatie doorgenomen en mooi dat ze voor de voedselbank in aanmerking kwam. Door die afbetalingsverplichtingen zit ze onder de bijstandsnorm en dat was haar geluk. Mooi geregeld.

Inderdaad, zo is het in ons land geregeld. Of het mooi is, is iets anders. De namen uit de voorbeelden heb ik verzonnen, maar de rest niet. Zo is het hoe het gaat. Wie spaarzaam is en de eindjes ondanks alles aan elkaar weet te knopen, vangt bot. En wie er maar een eind op raak leeft, zit goed. Beetje krom, vindt u niet?

Ik kom erop door een bericht dat ik las over het tegengaan van voedselverspilling. Topkoks werken mee aan een nieuw project dat ertoe moet leiden dat we minder weggooien. Van etenswaren die niet helemaal vers meer zijn, kun je vaak nog de lekkerste dingen maken.

Goed dat daar op deze wijze aan wordt gewerkt. Want voedsel weggooien, daar zijn we keien in. De universiteit van Wageningen heeft uitgerekend dat we 2100 vrachtwagens kunnen vullen met de etensresten die we ieder jaar wegknikkeren. Als je al die auto’s achter elkaar zet, heb je een rij van 37 kilometer. Dat is van Utrecht naar Veenendaal. Ga dat maar eens uitleggen aan al die arme stakkers in hongerlanden.

Voedselbanken zijn om deze reden fantastische instellingen. Ze zorgen ervoor dat die onafzienbare rij een stukje korter is geworden. Niet zo veel als we graag zouden willen natuurlijk, maar alle beetjes helpen. Over het ene doel van voedselbanken –het tegengaan van voedselverspilling– zult u mij dan ook niet horen.

Over dat andere doel –het tegengaan van armoede– is een flinke boom op te zetten. Dat zal iedereen na de voorbeelden van zojuist met me eens zijn.

In veel kerken wordt er voor voedselbanken gecollecteerd, ook in reformatorische. Of ik vind dat ze daarmee beter kunnen stoppen? Nee, zeker niet. Zelf maak ik deel uit van het bestuur van een organisatie die ook steun verleent aan een voedselbank. Uiteindelijk gingen we om vanwege de kinderen die niet de dupe mogen worden, maar we hebben best even pittig gediscussieerd. Want die wekelijkse pakketten zijn leuk en aardig, maar de inhoud heeft toch een wat rare bijsmaak.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer