Dat liet Kamp vrijdag weten nadat de rechtbank in Den Haag een kort geding van de tuinders, verenigd in onder meer ZLTO, niet-ontvankelijk had verklaard.

De tuinders hadden de Staat en het uitvoeringsinstituut UWV gedaagd, omdat ze moeilijker werkvergunningen krijgen voor Roemeense en Bulgaarse seizoenarbeiders. Vooral aardbeien- en boomkwekers in West-Brabant vrezen hierdoor in de problemen te komen met hun oogst en gewassen. De rechtbank verklaarde de zaak niet-ontvankelijk omdat de procederende partijen geen eigen belang bij de zaak hebben, hetgeen verplicht is.

In de nacht van donderdag op vrijdag had een meerderheid van de Tweede Kamer nog ingestemd met een motie van regeringspartij CDA, waarin Kamp wordt gevraagd de tuinders tijdelijk te ontzien. De VVD-bewindsman stelt zich tot nu toe op het standpunt dat er genoeg mensen zijn om het werk in de land- en tuinbouw te doen, zoals werklozen met een uitkering, Polen en andere Oost-Europeanen die hier zonder vergunning mogen werken.

Kamp zei vrijdag na afloop van de ministerraad dat de bedoeling van het overleg maandag is om met de sector „samen de huidige situatie onder ogen te zien en tot een oplossing te komen”. De minister wilde niet zeggen of hij iets heeft om de tuinders en kwekers tegemoet te komen.

De Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie (ZLTO) zei vrijdag over het kort geding dat vooraf een andere inschatting was gemaakt over het belang van de sector. De uitspraak valt de organisatie tegen. Een woordvoerder noemde het heel goed denkbaar dat de ZLTO nog met een of meerdere individuele ondernemers gaat procederen. „Onze argumenten zijn nog niet op inhoud beoordeeld. Het allerergste is dat de onzekerheid voor de tuinders blijft bestaan.”