„Ze verdienen een nieuwe fase waarin ze niet voortdurend op het tweede plan staan”, zei Rouvoet vrijdag in een toelichting op zijn vertrek uit de Haagse politiek.

Rouvoet zei dat hij de laatste tijd meer en meer merkte dat het in de afgelopen intensieve jaren in zijn leven en in zijn gezin altijd draaide om de politiek. Dat er een „dwingende agenda was met weinig ruimte voor andere dingen die ik ook erg belangrijk vind”.

Hij zei dat hij sinds hij na vier jaar vicepremierschap vorig jaar weer terugkeerde in de Tweede Kamer voortdurend met zichzelf in gesprek was geweest en zichzelf de vraag stelde of hij nog „het zelfde heilige vuur” had als bij zijn aantreden in 1994.

Rouvoet verwees ook naar de discussie in zijn partij, na het verlies van een zetel bij de verkiezingen van vorig jaar juni. Volgens critici zou de ChristenUnie niet meer christelijk-sociaal genoeg zijn, na de jaren van regeren met het CDA en de PvdA. Hij erkende dat „we onderweg iets zijn kwijtgeraakt waardoor de erkenning van de achterban en de kiezers is afgenomen”.

De komende tijd moet de partij op die afgelopen jaren reflecteren en daarvoor is iemand nodig die voor 200 procent inzetbaar is, aldus Rouvoet. Hij had niet de overtuiging dat hij daarvoor de aangewezen persoon was.

Rouvoet stelde dat hij ruim een kwart eeuw in de Kamer had rondgelopen: als fractiemedewerker, als directeur van het wetenschappelijk instituut, als fractievoorzitter, politiek leider, minister en vicepremier. „Dat is letterlijk mijn halve leven. Ik stel met verwondering vast dat ik in die jaren alles heb meegemaakt wat ik kon bedenken en zeker ook wat ik vooraf nooit had kunnen bedenken.”

Slob

De nieuwe ChristenUnieleider Arie Slob wil weer gaan bouwen aan een nieuwe sterke periode van zijn partij. Hij volgt André Rouvoet op als politiek leider, maar ziet zichzelf ook als toekomstige lijsttrekker bij nieuwe verkiezingen.

Slob zei dat de ChristenUnie er de afgelopen twee maanden 1100 leden bij heeft gekregen. „Een geweldige steun in de rug.”