„Integratiedebat vol met onjuistheden”
AMSTERDAM (ANP) – Het debat over de integratie van allochtonen staat bol van beweringen die feitelijk niet kloppen. De historici Leo Lucassen (hoogleraar aan de Universiteit Leiden) en Jan Lucassen (bijzonder hoogleraar aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en medewerker van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis) stellen dit in hun boek Winnaars en verliezers - Een nuchtere balans van vijfhonderd jaar immigratie. Dat komt vrijdag uit.
„Het debat wordt in grote mate gekenmerkt door ongefundeerde meningen”, zegt Leo Lucassen. „Met onze kennis van de geschiedenis viel het ons op dat veel dingen niet kloppen. Dat zijn we aan de hand van feiten gaan controleren.”
Een van de stellingen die hem het meest ergeren, is dat links verantwoordelijk is voor de massa-immigratie van niet-westerse allochtonen. „De elite zou doelbewust de deur hebben opengezet en een miljoen moslims hebben binnengelaten. Dit vanuit het idee dat een multiculturele samenleving geweldig is.”
De werkelijkheid is anders, aldus Lucassen. Toen de economie in de jaren zeventig slechter ging draaien, vond zowel links als rechts dat de grenzen dicht moesten voor gastarbeiders. Maar degenen die er al waren, lieten vervolgens hun gezinnen overkomen. Daar was niks meer aan te doen. Rechtse partijen hadden begin jaren zestig namelijk al besloten om gezinshereniging mogelijk te maken.
„Niemand heeft het voorzien en het was geen doelbewuste actie”, zegt Lucassen. „ Het is dus geen Hollywoodfilm met een bad guy, maar een veel ingewikkelder verhaal.”
Een andere bewering die volgens hem niet klopt, is dat er sprake is van massa-immigratie van niet-westerse allochtonen. Ja, er komen veel van deze migranten, maar er vertrekken er ook veel. Bovendien zitten er veel kennismigranten en adoptiekinderen tussen. De afgelopen vijf jaar komen er jaarlijks per saldo maar enkele honderden of duizenden Marokkanen en Turken. „Dus van massa-immigratie is helemaal geen sprake.”
Dat veel mensen dit soort stellingen toch voor waar aannemen, komt volgens Lucassen voor een deel door de media en de politiek. Die benadrukken vooral zaken die niet goed gaan. Ook speelt mee dat er jarenlang een taboe heerste op het benoemen van problemen met minderheden. „En toen is het helemaal de andere kant op geschoten. Nu mag je niks positiefs meer zeggen.”