Consument

Nachtfotografie: spannend

Braaf wachten de verse fotocursisten op wat komen gaat. „Fotograferen is schrijven met licht”, zo kalkt de docent met grote letters op het bord. ’s Nachts heerst de duisternis. Toch liggen er ook na zonsondergang prachtige platen in het verschiet.

Wessel van Binsbergen
23 April 2011 15:01Gewijzigd op 14 November 2020 14:41
De Hollandse driekleur in lichtsporen. Dergelijke bewegingsonscherpte is een fraai gevolg van de lange sluitertijden bij nachtfotografie. Foto Wessel van Binsbergen
De Hollandse driekleur in lichtsporen. Dergelijke bewegingsonscherpte is een fraai gevolg van de lange sluitertijden bij nachtfotografie. Foto Wessel van Binsbergen

De afwezigheid van zonlicht maakt de nacht geheimzinnig en fascinerend. Kunstverlichting voert de boventoon. Het bonte kleurenpalet zorgt automatisch voor een bijzondere sfeer. Zelfs de lelijkste stad en het meest inspiratieloze gebouw vormen met het juiste kunstlicht schitterende schouwspelen. Een steegje met een eenzame wandelaar blijkt opeens een prachtig foto-object.

Op exotische bestemmingen komt na zonsondergang vaak extra leven in de brouwerij. Alle reden om na een vermoeiende stedentripdag nog even van de hotelkamer uit te gaan. Het beeldverhaal is eigenlijk niet compleet zonder een paar fraaie nachtplaten. Bij een fotoserie van lichtstad Parijs mag de nachtelijk verlichte Eiffeltoren niet ontbreken.

Het schieten van een goede nachtplaat heeft meer voeten in de aarde dan eenzelfde kiek overdag. ’s Nachts is er nu eenmaal minder licht voorhanden. Hoe meer de zon zakt, des te langer de sluitertijd. Na zonsondergang loopt die al snel op tot voorbij de secondegrens. Een goed statief behoort dan ook tot de basisuitrusting van de nachtfotograaf. Moderne, (semi)professionele spiegelreflexen bieden steeds vaker onwaarschijnlijk hoge lichtgevoeligheden. Deze staan uit de hand fotograferen langer toe, maar uiteindelijk moeten ook deze camera’s zich gewonnen geven. Zeker bij lange sluitertijden is ruis de onvermijdelijke keerzijde van een hoge ISO-waarde. Stel de lichtgevoeligheid daarom liever zo laag mogelijk in. Sommige camera’s gaan in de automatische stand niet verder dan een sluitertijd van enkele seconden. Werk daarom in de sluitertijd- of diafragmavoorkeuzestand, dit geeft sowieso meer controle over de belichting.

De hedendaagse fotograaf kan bijna niet meer zonder automatische scherpstelling. Druk de ontspanknop half in en luttele tijd later staat het onderwerp trefzeker gefocust in de zoeker. Maar hoe geavanceerd huidige autofocussystemen ook zijn, zonder omgevingslicht staat de scherpstelwagen stil. Een eventueel aanwezig hulplampje zet bij een weids stadsaanzicht ook weinig zoden aan de dijk. Richt dan op een plek waar wat meer licht op valt. Geef de camera rustig de tijd om te focussen. Spiegelreflextoestellen met ”live view” staan op voorsprong; ze kunnen vaak inzoomen op de compositie, waardoor de fotograaf beter kan ontwaren of de zaak scherp is.

Beweging registreren vereist een lange opnametijd. Terwijl de sluiter openstaat, verplaatst het voorwerp zich door het beeld. Hierdoor vormt zich een objectspoor in plaats van één scherp punt. Door het gebrek aan licht vormt deze bewegingsonscherpte automatisch een van de charmes van nachtfotografie. Een standaardthema is dan ook een snelwegplaat met een extreem lange sluitertijd. Auto’s zelf vervagen, maar kop- en achterlichten laten kleurige sporen na. Denk ook aan een molen met verlichte, draaiende wieken of een hardloper met een knipperlampje op de bovenarm. Golven in de branding vormen één dromerige waas. Maar meer is niet altijd beter. Is het echt donker, dan groeit het risico van te veel bewegingsonscherpte. Een opnameduur van tien seconden maakt een passerende wandelaar zo vaag dat hij compleet wegvalt. Experimenteer daarom met verschillende belichtingstijden.

Lange sluitertijden lijken de vriend van de nachtfotograaf. Soms werkt het echter ook flink in het nadeel. Op een niet al te vaste ondergrond –zoals een veenbodem of brugdek– biedt zelfs het degelijkste statief niet genoeg stabiliteit. Een langsdenderende vrachtwagen zorgt dan onherroepelijk voor algehele onscherpte. Gebruik sowieso altijd de zelfontspanner of een afstandsbediening om trillingen als gevolg van een druk op de ontspanknop te voorkomen.

De nacht is voor het ongedierte, zo stelde men vroeger onomwonden. Nog steeds is het de uitverkoren werktijd van de langevingerbrigade. Voorbijgangers –vooral in een dorp– zullen de werklustige nachtfotograaf dan ook met een gezonde dosis argwaan beschouwen. Leg desgewenst kort de goede, fotografische bedoeling uit. Ga langs een donkere weg zo mogelijk onder een lantaarnpaal staan. Het lijkt wellicht niet zo donker, maar passerende automobilisten verwachten in het holst van de nacht geen fotograaf in de berm. Voor het eerst aan nachtfotografie doen is best spannend. Gedurfde plannen voor actieplaten in een winkelstraat lijken op locatie soms opeens minder aantrekkelijk. Bedenk daarom van tevoren een paar haalbare beelden en probeer deze op straat te realiseren.


Blauw uurtje

De overgang van dag naar nacht verloopt niet in een vingerknip. Na de prachtige kleuren tijdens de zonsondergang is de lucht niet direct pikzwart. Bij helder weer kleurt de hemel een tijd schitterend donkerblauw. Gewiekste portret- en nachtfotografen reppen liefkozend over het „blauwe uurtje”, ook al duurt het meestal nog geen kwartier. In deze tijdsspanne brandt het elektrisch kunstlicht al op volle sterkte. Het unieke van het blauwe kwartier schuilt in de balans tussen het laatste restje daglicht en het elektrisch kunstlicht. De diepblauwe kleur van de lucht contrasteert ook prachtig met de vaak gelige tinten van het kunstlicht. Omdat het fotomoment zeer precies komt, dient de fotograaf reeds van tevoren een onderwerp te selecteren. Klaarstaan en klikken, luidt het devies.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer