Kerk & religie

Kerkelijk werker in PKN wordt ouderling

LUNTEREN – De kerkelijk werker zal in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) voortaan „in de regel” bevestigd worden tot ouderling.

Kerkredactie
15 April 2011 10:14Gewijzigd op 14 November 2020 14:33
Foto RD, Anton Dommerholt
Foto RD, Anton Dommerholt

In bijzondere situaties kan de kerkelijk werker, als deze over preekconsent beschikt, ook de bevoegdheid krijgen om de sacramenten te bedienen. Zijn of haar aanspreektitel wordt ”ouderling-kerkelijk werker”.

Dat is de uitkomst van een langdurige discussie in de generale synode van de Protestantse Kerk, gistermiddag in Lunteren, over een rapport over de positie van de hbo-theoloog-kerkelijk werker.

Met het aannemen van een voorstel van het synodebestuur om de kerkelijk werker te bevestigen in het ambt van ouderling en hem of haar in bijzondere situaties de bevoegdheid te geven om werkzaamheden te verrichten die in de regel door een predikant worden verricht, sluit de Protestantse Kerk een jarenlange discussie af. Steeds weer kon er niet besloten worden tot het duidelijk formuleren van de positie van de kerkelijk werker, die in sommige gemeenten al het werk doet van een predikant, maar die niet de sacramenten mag bedienen. Met de aanname van het voorstel van het synodebestuur komt aan die onduidelijkheid nu een einde.

De generale raad van advies (GRA), het belangrijkste adviesorgaan van de synode, adviseerde de synode om het voorstel van het synodebestuur niet over te nemen. De GRA wilde de kerkelijk werker in bijzondere gevallen benoemen in het ambt van predikant-vicaris. Door ouderlingen predikantsbevoegdheden te geven, zou de Protestantse Kerk volgens de GRA onder andere breken met de regel in de wereldkerk dat die alleen aan predikanten zijn voorbehouden.

Dr. A. J. Plaisier, scriba van de synode, noemde dit echter geen steekhoudend argument. „We gaan niet iets nieuws doen”, aldus dr. Plaisier. „De ordinanties van de Protestantse Kerk geven nu al de mogelijkheid om ouderlingen in uitzonderlijke gevallen de bevoegdheden van een predikant te geven, zonder hem predikant te maken.” Wel gaf hij toe dat het voorstel van het synodebestuur „een noodvoorziening is waarmee terughoudend moet worden omgegaan.”

In het voorstel van het moderamen is het de plaatselijke gemeente die een kerkelijk werker benoemt in het ambt van ouderling. De bevoegdheden die de kerkelijk werker krijgt, zijn niet gebonden aan de persoon, maar aan de plaats, benadrukte dr. Plaisier. Oftewel: de ouderling-kerkelijk werker met extra bevoegdheden mag alleen in de gemeente waar hij bevestigd is de sacramenten bedienen, geloofsbelijdenis afnemen, ambtsdragers bevestigen en de zegen uitspreken.

Belangrijk vindt het synodebestuur het, en een overgrote meerderheid van de synodeleden steunt het moderamen daarin, dat predikanten in de Protestantse Kerk ambtsdragers blijven met een academische opleiding. Dr. Plaisier: „De weg naar het predikantschap is voor de hbo-theoloog met dit voorstel principieel afgesneden.”

Synodeleden dienden gisteren ruim twintig tegenvoorstellen, moties en amendementen in tegen het voorstel van het synodebestuur. Gaandeweg de discussie bleek echter al snel dat de meeste synodeleden het voorstel van het moderamen op hoofdlijnen steunden. De vraag bleef echter steeds in welk ambt de kerkelijk werker bevestigd zou moeten worden, dat van ouderling of dat van predikant.

Zo wees ds. A. van Lingen uit Nieuw-Lekkerland de synode op het feit dat ook de apostelen zich ouderlingen noemden. „Het is daarbij klassiek gereformeerd dat er zowel ouderlingen zijn die het Evangelie verkondigen als ouderlingen die dat niet doen.”

Uiteindelijk besloot de synode bijna unaniem het voorstel van het synodebestuur over te nemen. Kerkelijk werkers zullen dus in de Protestantse Kerk tot ouderling worden bevestigd. Als gemeenten bijvoorbeeld te klein zijn om een predikant te kunnen beroepen, kan zo’n ”ouderling-kerkelijk werker” predikantsbevoegdheden krijgen, zij het altijd onder supervisie van een andere predikant. Hoe dat praktisch zal worden uitgewerkt, is nog niet helemaal duidelijk.

Gisteravond besprak de synode een gedragscode voor predikanten en kerkelijk werkers. Mevrouw ouderling S. Hiebsch uit Amsterdam diende gedurende de bespreking van de gedragscode een tegenvoorstel in. Ze vond dat er voor een op te stellen gedrags- of beroepscode veel meer aansluiting gezocht moet worden bij bestaande regels en voorschriften die al in de protestantse kerkorde staan. Ook vond ze dat de taal in de gedragscode formeler moet zijn. De synode steunde in meerderheid dit tegenvoorstel, waardoor de gedragscode van het synodebestuur van tafel ging.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer