Bijbel en Koran kennen veel overeenkomsten
De Bijbel en de Koran hebben veel meer overeenkomsten dan Hans Jansen (RD 7-4) beweert, stelt dr. Marlies ter Borg.
Dat er tal van overeenkomsten zijn tussen Bijbel en Koran is te zien op de IKON-website bijbelenkoran.nl. Daar staan achttien gemeenschappelijke verhalen. Het begint met de schepping in zes dagen. Het eindigt met het laatste oordeel, waarin mensen naar hel of hemel/paradijstuinen verwezen worden. Daartussenin figureren Adam, Abraham, Jozef, David enzovoort. Ook de baby Mozes die op het water dobbert en later de geboden ontvangt. Ook in de Koran hoort de maagd Maria van een engel dat zij Jezus zal baren, de gezalfde, de Christus. Deze vreedzame profeet heeft in de Koran discipelen, geneest melaatsen en wekt mensen op uit de dood.
Uiteraard moeten verschillen niet worden weggepoetst. De Koran ontkent dat Jezus de zoon van God is, want Allah heeft geen kinderen. Evenmin wordt de kruisiging erkend, want Allah zou zoiets niet toestaan. In de Koran is er wel een hemelvaart. Allah heeft Jezus naar zich omhoog gebracht. Arabist Jansen verabsoluteert deze verschillen en stelt dat, als Jezus niet is gekruisigd en opgestaan, Christus niets betekent. Daarmee doet hij niet alleen Koran en Bijbel tekort maar ook de vreedzame Jezus Zelf.
Vrede is ook in de Koran een belangrijk thema. Maar hoe zit het dan met die Koranteksten die oproepen tot oorlog en geweld? Er zijn in de Koran wel teksten over oorlog. Maar meestal gaat het om het beperken van geweld.
Neem het citaat: „En wanneer jullie hen die ongelovig zijn ontmoeten, slaat hen dan dood.” Als men even doorleest na de komma staat er: „En wanneer jullie hen die ongelovig zijn (op het slagveld) ontmoeten, slaat hen dan dood, (bestrijdt hen) maar wanneer jullie dan de overhand over hen verkregen hebben boeit hen dan stevig vast, hetzij om hen later als gunst vrij te laten hetzij om hen los te laten kopen, wanneer de lasten van de oorlog zijn afgelegd” (Koran 47:4). Het gaat hier niet om het vermoorden van burgers in vredestijd –dat is in de Koran verboden– maar om militair geweld, slechts toegestaan totdat het defensieve militaire doel is bereikt. Daarna moet men de vijand gevangennemen, om hem na de oorlog vrij te laten.
”Jihad” betekent niet zonder meer oorlog, maar hooguit een defensieve oorlog, een gevecht tegen onderdrukking zoals nu in Libië. In het leven van elke moslim speelt de vreedzame jihad een belangrijke rol, de strijd tegen het kwaad in jezelf en in je omgeving. Jihad is te vergelijken met de Bijbelse oproep tot de goede strijd, het jagen naar gerechtigheid en liefde (1 Tim. 6:11-12).
Het ware te wensen dat Jansen een genuanceerde wetenschappelijke voorlichting zou geven, in plaats van zijn emotionele vooroordelen te etaleren.
De auteur is filosofe, schrijver van ”Koran en Bijbel in verhalen” en ”Sharing Mary. Bible and Qur’an Side by Side” en medewerker van de IKON-site bijbelenkoran.nl.