„Begrotingsruzie VS begin van lange strijd”
WASHINGTON (ANP/RTR) – Democraten en Republikeinen in het Amerikaanse Congres hebben op de valreep een akkoord bereikt over de begroting voor het komende halfjaar, maar volgens volgers van de Amerikaanse politiek is de strijd nog maar net begonnen. De verschillen van mening tussen beide partijen over de overheidsuitgaven zullen naar verwachting de rest van de ambtsperiode van president Barack Obama overschaduwen.
Het eerstvolgende gevecht wordt al binnen enkele weken verwacht. De Amerikaanse regering bereikt dan de limiet van wat zij wettelijk gezien mag lenen. Om te voorkomen dat de overheid niet meer aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen, met desastreuze gevolgen voor de financiële markten, kan het Congres het plafond verhogen. De Republikeinse oppositie zal daarmee echter niet zonder slag of stoot akkoord gaan.
Minister van Financiën Timothy Geithner heeft al gewaarschuwd voor een „catastrofe” voor de bankensector als de Amerikaanse overheid in gebreke blijft. Analisten schatten dat het schuldenplafond, dat op een toch al duizelingwekkend bedrag van 14,3 biljoen dollar staat, met zeker 1 biljoen dollar moet worden verhoogd om de federale overheid draaiende te houden tot het einde van het lopende begrotingsjaar in september. Om de presidentsverkiezingen van november 2012 te halen, is volgens marktvorsers een verhoging met zelfs 2 biljoen dollar nodig.
Verhoging van het schuldenplafond ligt onder normale omstandigheden al gevoelig, maar zal nu helemaal tot politieke commotie leiden. De Republikeinen staan onder grote druk van met name de Tea Party, een conservatieve stroming die binnen de partij steeds meer aan invloed wint, om de regering aan te sporen tot meer begrotingsdiscipline. Zij zullen alleen instemmen als zij harde toezeggingen krijgen van de regering-Obama over verdere beperking van de overheidsuitgaven.
De Republikeinen veroverden bij de parlementsverkiezingen vorig jaar november een meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. Dat betekent dat Obama niet langer de vrije hand heeft om zijn eigen beleid door te voeren en zaken moet doen met de oppositie. Dat is ditmaal gelukt maar bij de onderhandelingen voor het volgende begrotingsjaar, dat op 1 oktober begint, zullen de Republikeinen het spel naar verwachting nog harder spelen dan nu het geval was.