Dr. René Erwich lector geestelijk leiderschap aan CHE
EDE – Kerkelijk werkers, voorgangers, godsdienstdocenten, jeugdleiders – ze moeten tijdens hun opleiding niet alleen kennis vergaren, vaardigheden ontwikkelen; ook hun hárt dient te worden gevormd. „Er is behoefte aan mensen met hoop.”
Wat krijgen hbo-studenten theologie in hun opleiding mee, beter: wat zouden ze moeten meekrijgen? Het was een van de vragen die ten grondslag lagen aan het nieuwe lectoraat geestelijk leiderschap aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE). Dr. René Erwich: „Natuurlijk is het nodig dat hbo-theologen deskundigheid verwerven. Maar spirituele, geestelijke vorming is minstens zo nodig. Wat houdt wandelen met God concreet in, ook op het punt van levenswandel, ethiek? Wat maakt een leider tot een christelijk leider?”
Een vraag die alleen maar actueler wordt, zegt Erwich, die vanmiddag als lector geestelijk leiderschap in Ede werd geïnstalleerd. „In de samenleving is, om het maar heel minimaal uit te drukken, sprake van een steeds grotere onbekendheid met het christelijk geloof, terwijl het institutionele christendom verder afbrokkelt. Tegelijk zie je dat er veel behoefte is aan mensen die richting kunnen geven, hóóp.”
Hoop – wat bedoelt u daar precies mee?
„Hoop: er is veel wánhoop, richtingloosheid. Veel mensen zijn op zoek, naar zin en spiritualiteit. Tegenwoordig wordt zelfs nordic walking als zingever gezien.
Met hoop bedoel ik uiteindelijk de hoop die er alleen in Christus is. Hoe kan een christelijk leider, een godsdienstdocent op een openbare school bijvoorbeeld, die hoop nu overbrengen op anderen? Hoe kan hij of zij fungeren als profetische gids?”
”Handelen in hoop”, luidde de titel van de lectorale rede die Erwich vanmiddag uitsprak dan ook, met als ondertitel ”Geestelijk leiderschap en christelijke presentie in een postchristelijke samenleving”. De baptistentheoloog is de opvolger van dr. Stefan Paas.
Geestelijk leiderschap, een thema dat volgens u „de harten van velen sneller doet kloppen.” Anderen staan er toch aarzelender tegenover, alleen al vanwege de term leiderschap.
„Dat laat ook precies de verwarring zien die er op dit punt heerst. Wat bedoelen we nu met het begrip geestelijk leider? Kijk, als op een gegeven moment iedereen het heeft over identiteit, kun je daaruit opmaken dat er waarschijnlijk iets met identiteit aan de hand is. Zo is het hier ook. Wat is een geestelijk leider? Daar is veel onduidelijkheid over.
Ik heb het hier niet over de goeroes: „Ik ben de stem van de Heer.” Laat ik citeren uit mijn rede: „Leiderschap heeft niet zozeer eenzijdig betrekking op het (dikke) ”ik” van de leider en zijn of haar persoonlijke kwaliteiten en eigenschappen, maar veeleer op het collectieve ”wij”.” Een christelijk leider kenmerkt zich door, om met de auteur Anselm Grün te spreken, egobeteugeling. Hij heeft niet zichzelf, maar de groep die hij voor zich ziet op het oog.”
Kunt u nog eens twee, drie kenmerken geven?
„Een geestelijk leider is een dienend leider. Als er Één is geweest Die dat heeft gepraktiseerd, is het Christus Zelf, Die zei dat Hij niet was gekomen om gediend te worden, maar om te dienen. Het beeld van de voetwassing staat ook niet voor niets in de Bijbel.
Ook belangrijk: ben je corrigeerbaar, en ”accountable”: bereid verantwoording af te leggen? En nederigheid: ook dat zou een kenmerk moeten zijn.”
Het geestelijk leiderschap verkeert in een crisis, constateert Erwich. „Voor een deel heeft dat te maken met machtsmisbruik: de crises rondom misbruik van macht zijn vele. Maar Nederlanders hebben ook gewoon niet veel meer met gezag. Ik heb voor mijn werk aan de Evangelische Faculteit Leuven een onderzoek gehouden onder 2500 leden van acht kerken. Als iets daaruit duidelijk wordt, is het wel dat.”
De lector zal zijn werk de komende vier jaar doen samen met een kernteam, dat bestaat uit prof. dr. J. Hoek en dr. J. M. Praamsma, en een aantal interne en externe deskundigen. Er zullen ook twee kennisplatforms komen, over kerk-zijn in de 21e eeuw en geloofsoverdracht in de 21e eeuw.
Ook een boek staat op stapel, een vervolg op het handboek voor de hbo-theoloog. „Daarin zal het vooral gaan om de bínnenkant van die theoloog. Waarbij we ons nadrukkelijk willen verhouden tot de praktijk. We willen geen antwoorden geven op vragen die niet worden gesteld.”