Genenonderzoek geeft psychische ‘vingerafdruk’
Het neurowetenschappelijk onderzoek zal de genetische basis van psychiatrische stoornissen meer en meer ontrafelen, en uiteindelijk zal van iedere persoon een individuele genetische ’vingerafdruk’ vastgesteld kunnen worden: een profiel van specifieke individuele genetische mutaties, ook wel ”snips” genaamd. Aan de hand van dit profiel kan niet alleen de aanleg voor of de aanwezigheid van een aandoening vastgesteld worden, maar kunnen ook besluiten over de beste behandeling genomen worden.
Dit stelde prof. dr. D. R. Weinberger, directeur van de National Institute of Mental Health in Bethesda, Verenigde Staten, op het internationale congres voor biologische psychiatrie dat vorige maand gehouden werd in San Francisco. Volgens Weinberger wordt op dit moment grote vooruitgang geboekt in het onderzoek naar de relatie tussen specifieke genen enerzijds en hersenfunctie gemeten met moderne scanners anderzijds.
Zo hebben onderzoekers aan zijn instituut een verband ontdekt tussen het serotonine transporter gen en toegenomen activatie van de amygdala, een hersengebied dat cruciaal is voor het verwerken van emotionele informatie.
