De rebellencommandant waarschuwde dat „als de NAVO nog een week wacht, er niets meer over is van Misurata.” Het leger van leider Muammar Gaddafi beschiet Misurata nu al veertig dagen. Volgens artsen zijn ruim tweehonderd doden gevallen sinds het begin van de opstand op 15 februari.

De NAVO zei in een reactie al het mogelijke te doen om de burgers van Misurata te beschermen. „Misurata is onze hoogste prioriteit, wegens de situatie op de grond daar. We hebben informatie dat tanks zijn ingezet en verstopt en dat burgers worden gebruikt om NAVO-aanvallen te voorkomen”, zei de Nederlandse brigadegeneraal Mark van Uhm die de NAVO-operaties in Libië leidt.

Van Uhm zei dat de NAVO maandag nog luchtafweer, tanks en pantservoertuigen van Gaddafi in Misurata heeft uitgeschakeld.

De NAVO nam op 31 maart het commando van de bescherming van de rebellen over van de VS en enkele van haar bondgenoten zoals Frankrijk en Groot-Brittannië. Sindsdien heeft de NAVO 850 vluchten uitgevoerd, waarvan 330 missies om potentiële doelen op de grond te bepalen.

„Het was veel beter toen Amerika en Frankrijk de acties uitvoerden”, vindt Khaled Saleh, een 32-jarige opstandeling die een wegblokkade in Ajdabiya bewaakt. „De VS en Frankrijk bombardeerden Gaddafi’s troepen, zoals je hier kunt zien”, zei hij, wijzend op uitgebrande resten van legervoertuigen. „De NAVO vliegt maar wat rond. Ze verstoken al hun brandstof en gaan dan weer naar huis”.

De rebellenleiders zien het terreinverlies van de laatste tijd niet als een groot probleem. Dat is volgens hen maar tijdelijk. „Er is geen revolutie zonder tegenslagen”, zei Mustafa Gheriani, woordvoerder van de Nationale Overgangsraad van de opstandelingen. „Maar de bevolking zal winnen. We zullen Gaddafi wegjagen of hij zal een land regeren zonder bevolking”.