Daarom overweegt de vereniging van opdrachtgevers voor transport de kartelwaakhond NMa in te schakelen.

Dat zei de EVO-beleidsadviseur scheepvaart, F. Kranenburg, maandag. De laatste tijd gaan volgens hem de tarieven op de meeste routes omhoog. De reders kampen met hogere kosten, zoals de gestegen verzekeringspremies en dure brandstof. „Wereldwijd hoor je alleen maar geklaag van de rederijen, terwijl de schepen erg vol zitten.”

EVO valt vooral over de oorlogstoeslag op routes naar het Midden-Oosten. Deze werd tijdens de oorlog in Irak ingevoerd en geldt volgens Kranenburg nog steeds. De reders zien de zogenoemde ”war-risk-heffing” van ongeveer 40 dollar per container als een extra inkomstenbron, stelt de beleidsadviseur.

De Europese Commissie gaf in 1986 rederijen het recht gezamenlijk tarieven af te spreken. Kranenburg: „Dit wordt momenteel herzien, maar dat duurt erg lang.” Hij verwacht dat de Europese Commissie deze zomer met een standpunt komt. „Als we daar niet tevreden over zijn, stappen we naar de NMa.”

De rederij P&O Nedlloyd zegt geen illegale prijsafspraken te maken. Bovendien heeft volgens een woordvoerder van het bedrijf geen enkele reder een monopoliepositie. „De grootste speler heeft een marktaandeel van 6 procent.”

Verder houden de reders zich bij het vaststellen van de tarieven aan de marktomstandigheden, stelt Nedlloyd. Vorig jaar leed de bedrijfstak een recordverlies door lage tarieven, aldus de woordvoerder. Nu is er echter veel vraag en beperkte capaciteit. „Daardoor stijgen de prijzen. Dat is een economische wet.”