Coalitie houdt Libië onder druk
LONDEN – De internationale coalitie die Libische burgers beschermt, houdt de druk op de Libische leider Muammar Gaddafi hoog. De landen besloten dinsdag op een internationale top over de toekomst van Libië door te gaan met luchtaanvallen totdat de doelen uit de VN-resolutie zijn bereikt.
De Britse premier David Cameron, die de top in Londen opende, zei dat de luchtaanvallen effect hebben. Maar hij liet ook weten dat Gaddafigetrouwen nog altijd „moorddadige aanvallen” uitvoeren op mensen in de West-Libische plaats Misurata.
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Hillary Clinton, zei dat de aanvallen doorgaan totdat Gaddafi stopt geweld te gebruiken tegen de burgerbevolking en zijn militairen terugtrekt uit de steden.
„Wij allen moeten doorgaan om de druk te vergroten en het isolement van het regime van Gaddafi te versterken”, sprak Clinton. Ze zei dat dit niet alleen met militaire, maar ook met politieke en diplomatieke middelen moet gebeuren.
Met dat doel wordt een contactgroep opgezet die de politieke inspanningen inzake Libië gaat coördineren. De groep zal contact houden met tal van internationale en regionale organisaties, zoals de Afrikaanse Unie, de Arabische Liga, de VN en de EU.
De Britse minister van Buitenlandse Zaken, William Hague, zei dat de coalitiepartners overwegen meer sancties in te stellen tegen „individuen en entiteiten die met het regime verbonden zijn.” Op deze manier wil de internationale gemeenschap Gaddafi laten zien dat hij burgers niet ongestraft kan aanvallen, voegde hij eraan toe.
In Libië golft de strijd ondertussen op en neer. De troepen van Gaddafi hebben dinsdag de opmars van de rebellen tot staan gebracht. Ze heroverden de stad Bin Jawad, ongeveer 150 kilometer ten oosten van Sirte, de geboorteplaats van Gaddafi.
Frankrijk, dat eerder militair het voortouw nam, stuurt als eerste land een ambassadeur naar het Libische opstandelingenbolwerk Benghazi. De Franse minister van Buitenlandse Zaken, Alain Juppé, zei dinsdag ook dat zijn land bereid is met bondgenoten te praten om de rebellen die tegen Gaddafi vechten te steunen met wapenleveranties. Ook de Amerikaanse president Barack Obama sluit niet uit dat zijn regering de rebellen in Libië zal voorzien van wapens, zei hij dinsdag in een interview met de zender NBC.
In een open brief riep Gaddafi de internationale gemeenschap dinsdag op een einde te maken aan de „monsterlijke aanvallen” op Libië. Hij hield vol dat de rebellen worden gesteund door het terreurnetwerk al-Qaida. „Wat nu gebeurt is dat al-Qaida door de luchtaanvallen en raketten een dekmantel wordt geboden om de controle in Noord-Afrika over te nemen”, aldus Gaddafi.