Russisch-Orthodoxe Kerk almaar machtiger
Zonder enige wijziging in wet of grondwet is er in Rusland sprake van een almaar toenemend aantal concordaat-achtige overeenkomsten tussen de Russisch-Orthodoxe Kerk en staatsorganen, op zowel federaal als lokaal niveau.
Tot deze conclusie komt Forum 18 na „uitvoerig onderzoek.” Volgens de Noorse nieuwsdienst verschaffen de overeenkomsten de Russisch-Orthodoxe Kerk inmiddels speciale toegang tot onder meer gevangenissen, het politieapparaat, de geheime dienst, het leger, scholen en ziekenhuizen en „onderstrepen ze dat de orthodoxie de gewettigde ideologie vormt van de Russische staat.”
Al is het de vraag of de ’mini-concordaten’ een schending inhouden van ook door Rusland ondertekende internationale mensenrechtenverdragen, in de praktijk kunnen ze voor met name de sociale activiteiten van andere religieuze organisaties een ernstige hinderpaal vormen. Discriminatie op religieuze gronden is niet ondenkbaar, aldus Forum 18.
Volgens de uit 1993 daterende grondwet vormt Rusland een seculiere staat, zonder enige voorgeschreven religie. Godsdienstige organisaties zijn gescheiden van de staat en alle gelijkwaardig voor de wet. De religiewet uit 1997 stelt dat deze organisaties geen taken mogen uitvoeren van regeringsorganen of activiteiten daarvan mogen voorzien van religieuze ceremonieën. Overheidsmedewerkers hebben verder niet het recht hun officiële posities aan te wenden „voor de vorming van een of ander type houding ten opzichte van religie.”
Op 30 augustus 1996 sloot het patriarchaat van Moskou een samenwerkingsovereenkomst met het Russische ministerie van Binnenlandse Zaken. Daarin is onder meer opgenomen dat gevangenisdirecteuren „gunstige omstandigheden” moeten scheppen voor Russisch-orthodoxe geestelijken die religieuze gesprekken willen voeren met gevangenen of kerkdiensten willen beleggen. Dezelfde geestelijken mogen lectuurcursussen geven aan opleidingsfunctionarissen. Inhoud hiervan is de rol van religie in de geschiedenis van de Russische staat. Doel: vaderlandsliefde en moraliteit, respect voor nationale tradities en gewoonten bevorderen (…) en zicht geven op het onmenselijke karakter van de doctrines van totalitaire en destructieve sekten.”
Zelfs de FSB (de voormalige KGB, de Russische geheime dienst) erkent inmiddels zijn „speciale relatie” met het patriarchaat van Moskou. Zo berichtte het persagentschap Vertograd in maart over de aanwezigheid van bisschop Yevlogi uit Smirnov bij de uitreiking van een kerkelijke prijs aan het hoofd van het regionale FSB-departement in Vladimir. Deze prijs had hij deels te danken aan zijn „hulp bij het terugbrengen van eigendommen van de Russisch-Orthodoxe Kerk die in handen waren van schismatieke religieuze formaties.”
Op 4 april 1997 sloot het patriarchaat een overeenkomst met het ministerie van Defensie. Doel: „revitalisering van de orthodoxe tradities binnen het leger en de marine.” Op 2 augustus 1999 kwam een verdrag met het ministerie van Onderwijs tot stand. Het document verplicht ministerie en kerk ertoe samen te werken bij de educatie van de jonge generatie „in de geest van hoogstaande morele waarden” door ervaringen en informatie te delen. Gezamenlijk moeten amendementen worden uitgewerkt op de huidige onderwijswetgeving en dienen standaardnormen te worden opgesteld voor de theologische en religieuze opleidingen.
Ook met het ministerie van Gezondheid werd inmiddels -op 5 maart dit jaar- een overeenkomst gesloten. De partijen besloten samen te gaan werken bij het creëren van condities in de ziekenhuizen voor de uitvoering van de orthodoxe rituelen, bij het formuleren van wetsvoorstellen inzake medische kwesties en bij het voorbereiden en implementeren van voorlichtingsprogramma’s.
Met het ministerie van Spoorwegen werd een gezamenlijk project opgezet. De kerk mag nu orthodoxe kapellen plaatsen op alle Moskouse hoofdstations. Op 18 augustus 2001 wijdde patriarch Aleksis II een kapel in op het vliegveld Domodedovo in Moskou.
Het patriarchaat heeft nog geen overeenkomst gesloten met het ministerie van Buitenlandse Zaken. Inmiddels voerden patriarch Aleksis en metropoliet Kirill van Smolensk en Kaliningrad daarover wel gesprekken: op 6 maart 2003 had, voor het eerst in 200 jaar, een bezoek plaats van een Russische patriarch aan het ministerie.