In aanwezigheid van Franse diplomaten werden de overblijfselen, die twee jaar geleden in een massagraf ontdekt werden, ter aarde besteld. Er is nooit sprake van geweest de overblijfselen naar Frankrijk te repatriëren omdat Napoleon voor zijn troepenmacht in heel Europa militairen rekruteerde, van Italië tot Polen en ook in Litouwen. Op het kerkhof lagen tot nu toe enkel Litouwse vrijheidsstrijders, schrijvers en vooraanstaande politici.

Zaterdag speelden 1000 gekostumeerde figuranten gevechten na van de mislukte Franse veldtocht. Russische kozakken en Franse huzaren kruisten de degens en chargeerden te paard in de dikke kanonsrook. Na afloop schudden de nepsoldaten elkaar de hand en omhelsden ze elkaar, volgens de organisatoren een historisch incorrecte maar symbolische daad.

Napoleon deed Vilnius in 1812 aan met bijna een half miljoen soldaten. Een halfjaar later keerden amper 40.000 soldaten terug. Duizenden onderkoelde en uitgehongerde soldaten lieten in de straten van Vilnius het leven. Omdat de grond te hard was om een graf te graven, werden de lichamen van gesneuvelde soldaten aanvankelijk verbrand. Vanwege de stank en de rookontwikkeling werd daar snel van afgezien. Vervolgens dumpten de Litouwers de lichamen in een loopgraaf die eerder door de Fransen zelf was gegraven. Daar werden ze in 2001 ontdekt.