Druk overleg over ontwerpgrondwet EU
De zes landen die in het verleden aan de wieg stonden van de Europese samenwerking zijn met elkaar overleg gestart in een poging een doorbraak te bereiken in de besprekingen binnen de conventie.
Er bestaan nog grote meningsverschillen over de door deze denktank op te stellen ontwerpgrondwet voor de EU. Dat werkstuk moet op 20 juni worden overhandigd aan de regeringsleiders. Inmiddels draait het onderhandelingscircuit op volle toeren en circuleren er allerlei varianten van compromissen.
De problemen spitsen zich toe op de verdeling van de macht. Hete hangijzers zijn de eventuele komst van een voltijd voorzitter van de Unie en van een minister van Buitenlandse Zaken, de bevoegdheden van die functionarissen, de omvang van de Europese Commissie en de stemverhoudingen tussen de lidstaten.
Conventievoorzitter Giscard d’Estaing is van plan deze week nieuwe voorstellen te presenteren op de genoemde punten. Woensdag wil hij afzonderlijk praten met diverse groepen van afgevaardigden. Afgelopen zaterdag verklaarde hij dat er wat hem betreft slechts ruimte is voor kleine wijzigingen in de eerder door het presidium vervaardigde teksten.
Ondertussen proberen vertegenwoordigers van Duitsland, Frankrijk, Italië, Nederland, België en Luxemburg, de oprichters van wat destijds heette de EEG, een uitweg te vinden uit de dreigende impasse. Zij hopen tegen het einde van de week resultaten te kunnen melden van hun beraad.
Over het uiteindelijke concept voor de beoogde grondwet, op basis waarvan de regeringen later beslissingen zullen nemen, wordt binnen de conventie niet gestemd. Giscard streeft ernaar een document af te leveren dat brede steun geniet. Blijft een dergelijke consensus uit en is er sprake van belangrijke minderheidsstandpunten, dan beschouwt hij de missie van het adviescollege als mislukt.