KWF en Stivoro: Prijs pakje sigaretten moet naar 10 euro
DEN HAAG (ANP) – KWF Kankerbestrijding en de antirookorganisatie Stivoro willen dat de prijs van tabak fors wordt verhoogd. Een pakje sigaretten van een gangbaar merk zou rond 10 euro moeten gaan kosten. Ze komen tot die aanbeveling na Europees onderzoek naar tabaksbeleid dat woensdag in Den Haag is gepresenteerd. Nederland scoort volgens de onderzoekers van de Association of European Cancer Leagues (ECL) middelmatig als het gaat om antirookbeleid.
Volgens KWF en Stivoro helpt maar één ding om het roken te ontmoedigen: de prijs van tabak in een klap fors verhogen. Nu kost een pakje sigaretten rond 5 euro. Volgens de organisaties wordt de prijs, op verzoek van de tabaksindustrie, alleen met kleine stapjes verhoogd. „Zodat de rokers het niet in de gaten hebben.”
Volgens hen kosten pakjes sigaretten in Ierland bijvoorbeeld rond de 8,55 euro en in Noorwegen 11,24.
„Dit voorstel is natuurlijk onuitvoerbaar”, zegt Ton Wurtz, voorzitter van de Stichting Rokers Belangen (SRB) in een reactie. „Op deze manier wordt het product in de illegaliteit geduwd en krijg je meer criminaliteit.” Wurtz is een groot tegenstander van de bemoeienis van organisaties als Stivoro, die volgens hem „de roker demoniseren”. „Iedereen heeft recht op een eigen leefstijl en leven.”
Volgens KWF Kankerbestrijding wordt minstens 30 procent van de kankersterfte veroorzaakt door roken. De overheid verdient per jaar ongeveer 1,8 miljard aan accijns op tabak, geld dat in de schatkist verdwijnt. KWF en Stivoro vinden dat een deel van die belasting in antirookcampagnes moet worden gestopt.
Volgens Stivoro besteedt Nederland, in vergelijking met andere landen, heel weinig geld aan voorlichting over de gevaren van roken. De huidige regering zou er vanaf volgend jaar helemaal mee willen stoppen. Stivoro spreekt hier schande van.
Volgens de Association of European Cancer Leagues (ECL) staat Nederland op de dertiende plaats op de ranglijst van landen met een goed tabaksbeleid. Vier jaar geleden stond het op veertien. Groot-Brittannië staat eerst en Griekenland en Oostenrijk op de laagste en dertigste plaats.