Slankheidsideaal stimuleert lijnen jonge kinderen
Slanke modellen. Onrealistisch dunne stripfiguren. Kinderen krijgen vandaag de dag het slankheidsideaal al jong opgedrongen via de media. Maar ook moeder speelt een belangrijke rol.
Slank is de norm in muziekclips en soapseries. Jonge meisjes (7 tot 9 jaar) die veel naar zulke tv-programma’s kijken, vinden het belangrijk dat ze zelf ook dun zijn, zo blijkt uit onderzoek van klinisch psychologe Doeschka Anschutz. De meisjes zijn ontevredener over hun eigen lichaam en lijnen vaker dan leeftijdsgenoten die naar neutrale programma’s kijken, zoals het Jeugdjournaal.
De klinisch psychologe promoveerde afgelopen week aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. De studie naar de invloed van media op het lijngedrag van kinderen zet ze op dit moment voort aan de Universiteit van Amsterdam.
Programma’s voor volwassenen waarin een slank en perfect uiterlijk de norm is, zoals Holland’s Next Top Model en Extreme Makeover, maken vooral iets oudere meisjes –van 11 en 12 jaar– ongelukkig met hun uiterlijk, ontdekte Anschutz. „Ze naderen de puberteit. Zijn onzeker over hun eigen lichaam en daarmee gevoeliger voor het slankheidsideaal dat door de media wordt opgedrongen.” De onderzoekster adviseert ouders dan ook hun kinderen niet te veel naar zulke programma’s te laten kijken.
Wanneer volwassenen naar uitzendingen met veel slanke personen kijken, verandert dat niets aan hun ideaalbeeld, zo stelde Anschutz vast. „Velen willen sowieso dunner zijn. Het kijken naar dergelijke programma’s zorgt er wel voor dat ze zichzelf als dikker beoordelen.”
Wanneer meiden al op jonge leeftijd lijnen, is er een grotere kans dat ze een eetstoornis ontwikkelen als boulimia en vreetbuien (”binge eating”), weet de onderzoekster. „Een vreemd en onregelmatig eetpatroon, zoals het overslaan van het ontbijt of eenzijdig voedsel, ontregelt de stofwisseling. Op de lange termijn vergroot het bovendien, opvallend genoeg, het risico op overgewicht.”
Er is geen duidelijke relatie gevonden tussen extreem lijnen en de eetstoornis anorexia, stelt Anschutz. „Daarbij spelen andere, psychische factoren een rol.”
Waar Anschutz zich over verbaast, is het aantal scholieren in de leeftijd van 7 tot 10 jaar dat al aangeeft op dieet te zijn. „Van de 500 kinderen die aan het onderzoek deelnamen zei 1 op de 10 regelmatig te lijnen. Maar heel weinig deden dat nooit.” Kinderen in steden zijn hier wel meer mee bezig dan scholieren die in een dorp wonen of op het platteland, constateerde de psycholoog.
Van de basisscholieren in de hogere klassen van de basisschool zegt 30 procent van de meisjes en 20 procent van de jongens met een normaal gewicht slanker te willen zijn. „Dat vind ik zorgwekkend, dat zo jong al een onrealistisch ideaal wordt nagestreefd”, zegt Anschutz.
Het voorbeeld dat kinderen thuis krijgen, blijkt ook een belangrijke rol te spelen. Kinderen van een moeder die veel met haar gewicht bezig is, geven aan zelf ook meer op dieet te zijn, constateerde Anschutz. „Dat geldt zowel voor jongens als voor meiden.”
Wanneer moeders hun kinderen bovendien expliciet aanmoedigen om op hun gewicht te letten, bijvoorbeeld door minder te snoepen, gaan ze niet alleen meer lijnen, maar zijn ze over het algemeen ook minder tevreden met hun lichaam dan leeftijdsgenoten die daar thuis geen opmerkingen over krijgen.
De promovenda denkt dat het goed zou zijn wanneer leerlingen op school een kritisch geluid zouden horen over het schoonheidsideaal dat media en reclamemakers voorstaan. „De docent zou er bijvoorbeeld op kunnen wijzen dat ze allerlei middelen gebruiken om mensen mooier te maken dan in werkelijkheid mogelijk is, met make-up en fotoshopping.”
Ook zouden ouders zich meer moeten realiseren hoe slecht lijnen is voor kinderen die nog in de groei zijn. „Het is niet goed voor de stofwisseling, maar ook de schoolprestaties lijden eronder.”
Snoepen door reclame
Klinisch psycholoog Doeschka Anschutz onderzocht het effect van voedselreclames op het snoepgedrag voor de tv. Ze ontdekte dat jongens in de leeftijd van 8 tot 12 jaar gevoeliger voor zijn voor snoep- en snackreclames dan meisjes. Anschutz: „Ze zijn impulsiever en hebben minder zelfcontrole. Meisjes zijn vaak op die leeftijd al bezig met lijnen en weten dat het niet goed is om snacks te eten als je niet dik wilt worden. Daarbij zijn reclames vaak gericht op jongens: mannelijke acteurs, een mannenstem die de reclametekst inspreekt.”
Opvallend genoeg constateerde Anschutz bij volwassenen het omgekeerde: vrouwen snoepten meer na het zien van voedselreclames, terwijl mannen meer aten bij het zien van ‘neutrale’ spotjes. „Reclames voor volwassenen zijn ook meer gericht op vrouwen. Die doen immers de boodschappen. De spotjes tonen bijvoorbeeld een gelukkig gezin of een vrouw die chocolade eet.”
De onderzoekster adviseert om kinderen niet te veel naar reclame te laten kijken en hun geen snoep te geven tijdens het televisiekijken. „Zo voorkom je gewoontegedrag. Bovendien eet iemand tijdens het tv-kijken al snel meer dan hij of zij van plan was.”