Japan voorbereid op aardbevingen
APELDOORN – In Japan is er elke dag wel ergens een lichte aardschok. Het land ligt op een breuklijn en daarom moeten gebouwen en infrastructuur aan zware eisen voldoen. Kinderen leren al jong wat ze moeten doen in geval van aardbeving.
In de Japanse stad Kobe staat een museum dat geheel gewijd is aan de laatste grote aardbeving in de stad, van 1995. Filmbeelden in het museum tonen hoe stukken verhoogd wegdek naar beneden storten en huismuren naar beneden razen. Betonnen palen knappen alsof het goedkoop speelgoed is, ijzeren constructies gaan als luciferhoutjes doormidden. De gevolgen zijn dramatisch: meer dan 6300 mensen werden onder het puin bedolven.
Het museum toont echter ook hoe de stad weer is opgebouwd. De pilaren onder de wegen zijn verstevigd, wolkenkrabbers zijn zo gebouwd dat ze bij een zware beving meeveren. Japan past de meest ingenieuze technieken toe om de negatieve gevolgen van een (onvermijdelijke) aardbeving zo veel mogelijk in te dammen.
In sommige kustregio’s zijn er ‘tsunamischuilplaatsen’ in de wijken gebouwd. Nucleaire installaties schakelen automatisch uit in geval van zwaardere bevingen en in wapenfabrieken houdt de productie ook vanzelf halt.
Niet in de laatste plaats wordt er veel geïnvesteerd in voorlichting. Kinderen leren al vroeg hoe ze moeten handelen in geval van een aardbeving. Op school oefenen ze geregeld bij alarm snel beschutting te zoeken onder hun tafels. Buurtcomités bieden volwassenen ondertussen uitgebreide cursussen aan, waarin de deelnemers onder meer geleerd wordt hoe ze het gevaarlijkste risico kunnen bestrijden: brand.
Belangrijk zijn ook de geavanceerde bewakingssystemen die de bevolking tijdig waarschuwen voor dreigend gevaar. Met het zogenoemde JMA-systeem moet er binnen drie minuten na een beving een tsunamiwaarschuwing worden gegeven.