Schultz stopt met luchthaven in zee
Staatssecretaris Schultz van Haegen van Verkeer en Waterstaat heeft definitief besloten de geldkraan dicht te draaien voor het onderzoek naar een luchthaven in de Noordzee. Door de klappen die de luchtvaart momenteel krijgt, duurt het veel langer voordat Schiphol werkelijk te klein is.
Dat heeft de VVD-staatssecretaris, die dinsdag haar ’contract’ op het verkeersdepartement verlengde, aan de Tweede Kamer geschreven. Schultz gaat wel in kaart brengen wat de gevolgen zijn van (inter)nationale ontwikkelingen voor de toekomst van de Nederlandse luchtvaart.
Tijdens een bezoek aan het Japanse Nagoya in maart, waar een vliegveld in zee wordt aangelegd, onthulde Schultz al dat ze het dure onderzoek (23 miljoen euro) in de ijskast wilde zetten. „We dachten dat Schiphol, na de aanleg van een zesde en eventueel een zevende baan, in 2020 op haar maximumcapaciteit zou zitten. Dat gaat nu veel langzamer”, legde ze toen uit. Een besluit over een eventueel Noordzee-vliegveld hoeft nu op zijn vroegst pas tussen 2030 en 2040 genomen te worden.
Het onderzoeksprogramma (Flyland) naar een toekomstige luchthavenlocatie begon drie jaar geleden. Politiek Den Haag had toen besloten in te zetten op uitbreiding van Schiphol in plaats van een vliegveld in zee. Schultz van Haegen adviseerde indertijd als ambtenaar aan toenmalig (en huidig) minister Zalm van Financiën af te zien van de zeeluchthaven.
