Semi-overheid betaalt top riant
Minister De Geus van Sociale Zaken vindt sommige salarissen in de publieke sector belachelijk hoog. „Het is natuurlijk knots dat de directeur van de Amsterdamse woningbouwvereniging Patrimonium net zo veel verdient als Jan Peter Balkenende, de baas van de BV Nederland. En dat Wonen Midden-Brabant daar nog eens 30.000 euro boven zit.”
De bewindsman zegt dat in het jongste nummer van het blad Intermediair, dat woensdag verschijnt. Hij reageert op de uitkomsten van een onderzoek van het magazine waaruit blijkt dat tal van topfunctionarissen in de semi-overheidssector een veelvoud verdienen van wat premier Balkenende per jaar opstrijkt.
Best verdienende manager in deze sector is Gerlach Cerfontaine van Schiphol. In 2002 kreeg hij aan vast salaris, bonussen en premies in totaal 663.000 euro. Hij betwist dat. Volgens hem was het 450.000 euro. Hij telt dan bijkomende kosten, waaronder de pensioenpremie, niet mee. Intermediair doet dat wel. Schiphol is weliswaar geprivatiseerd, maar de aandelen zijn volledig in handen van de overheid.
Premier Balkenende staat op de loonlijst voor 120.000 euro per jaar. Meer dan het viervoudige verdient directeur John Neervens van het ambtenarenpensioenfonds ABP. Hij was in 2002 goed voor 531.000 euro, inclusief bonussen en premies. De afgelopen jaren verloor het fonds miljarden op de beurs.
Andere hoog genoteerden zijn directeur A. Veenman van de Nederlandse Spoorwegen (450.000 euro), A. Wellink van De Nederlandsche Bank (391.000), J. Dekker van TNO (350.000). A. Doctors van Leeuwen van de Autoriteit Financiële Markten (250.000) en E. Kroese van Luchtverkeersleiding Nederland (255.000). De best verdienende vrouw staat pas op de achttiende plaats: Louise Gunning van het AMC met een salaris van twee ton.
Minister De Geus vindt dat er in de non-profitsector best goed verdiend mag worden omdat het om verantwoordelijke functies gaat. „Maar bij sommige denk ik: Dat is wel héél goed betaald.” Hij vindt vergelijkingen met de marktsector niet opgaan vanwege wachtgeld- en andere secundaire regelingen. De topsalarissen in het bedrijfsleven vindt hij bovendien van een andere orde. „Daar is het afbreukrisico toch een stuk groter.”
Kamerlid Bert Bakker van D66 gaat veel verder in zijn kritiek. In het tv-programma NOVA zei hij maandagavond het „onverdraaglijk” te vinden dat in de semi-overheidssector salarissen worden uitgekeerd die ver boven dat van de premier liggen. „Minister-president is de belangrijkste functie in ons democratisch bestel.” Hij vindt de hoge inkomens in de publieke sector „buitengewoon slecht voor de moraal van de belastingbetaler.”
Het kostte Intermediair de nodige moeite de gegevens bijeen te krijgen. Sommige organisaties en overheidsdiensten bleven zwijgen. Minister Remkes komt binnenkort met een voorstel om aan die geheimhouding een einde te maken. Instellingen in de publieke sector dienen dan de managersinkomens te publiceren. Eerst zijn de zorginstellingen aan de beurt, daarna de woningbouworganisaties en vervolgens de onderwijsinstellingen.
Dat kan overigens een averechtse werking hebben. Ervaringen in het buitenland leren dat. Openbaarmaking werkt in de hand dat managers vergelijkbare salarissen willen verdienen als collega’s in de marktsector.
Uit het Intermediair-onderzoek komen verschillen naar voren waarbij iedere logica zoekt lijkt te zijn. Zo verdient voorzitter G. Blijham van de raad van bestuur van het Universitair Medisch Centrum Utrecht 231.000 euro per jaar, terwijl de directeur van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam genoegen moet nemen met „slechts” 173.000 euro.
Nog hoger dan de salarissen voor de topmensen in de publieke sector liggen vaak de vergoedingen die aan ingehuurde managers worden uitgekeerd. Zo is oud-minister Vermeend van Sociale Zaken ingeschakeld als consultant door de gemeentelijke sociale dienst van Amsterdam voor 10.000 euro per maand. De functie vergt één à twee dagen per week. Opmerkelijk detail is dat Vermeend zelf als minister de Amsterdamse sociale dienst in de problemen bracht door de zware boetes die hij de dienst oplegde.