Nepal heeft verdiend en verloren aan Mount Everest
De honderden alpinisten die ieder jaar proberen de Mount Everest te beklimmen, weten één belangrijk ding dat Edmund Hillary en Tenzing Norgay tot 29 mei 1953 om 11.30 uur niet wisten: het is mogelijk om de hoogste bergtop ter wereld te beklimmen zonder te sterven.
Vijftig jaar nadat Hillary en Norgay als eersten de 8850 meter hoge top van de Everest bereikten, zijn zo’n 1200 mensen in hun voetsporen getreden. „Mensen vragen me: „Waar was al die ophef voor nodig destijds?” zegt de 83-jarige Hillary in de Nepalese hoofdstad Kathmandu, waar hij het jubileum van zijn prestatie viert. Hij wordt vergezeld door de Japanse Junko Tabei, de eerste vrouw op de top, de Italiaan Reinhold Messner, die als eerste zonder zuurstoffles de Everest bedwong, en de sherpa Temba Tsheri, vorig jaar met 16 jaar de jongste op de top.
Na Hillary heeft een blinde de Mount Everest beklommen en is de sherpa Appa al twaalf keer op en neer naar de top geweest (hij maakt op dit moment zijn dertiende tocht). Een man zonder handen is van plan dit jaar nog de berg te bedwingen. Dus de vraag waar al die ophef vijftig jaar geleden voor nodig was, lijkt gerechtvaardigd. „Het belangrijkste dat Tenzing en ik hebben aangetoond was de mogelijkheid de top van die hoge berg te bereiken en het te overleven”, zegt Hillary, die zijn prestatie nooit herhaalde. „We wisten niet of we de top zouden bereiken en dan zouden bezwijken. De enige voetstappen in de sneeuw waren die van onszelf.”
De onderwerping van de Everest heeft Nepal voorgoed veranderd. Tegenwoordig trekken er ieder jaar zo’n 50.000 toeristen de Nepalese bergen in. Toerisme brengt het land ruim 135 miljoen euro aan harde valuta op en biedt 200.000 mensen een baan. Toch leeft nog 40 procent van de Nepalezen in armoede. Vooral de dorpelingen uit de bergen willen dat de regering de 60.000 euro die per Everest-expeditie wordt verdiend, uitgeeft aan verbetering van de infrastructuur en de bouw van scholen in hun afgelegen woongebieden.
Ook de bergen van Nepal zijn door het alpinisme voorgoed veranderd. De Himalaya hangt in Nepal vol met aluminium trappen en touwen voor ongeoefende klimmers. De paden die zijn uitgehakt door de eerste expedities liggen bezaaid met lege zuurstofflessen, tenten, blikken en kapotte touwen. Lager in de bergen worden door de plaatselijke bevolking bossen gekapt om voor bezoekers kampvuren aan te leggen en het water in douches warm te maken. De alpinisten kunnen inmiddels met helikopters naar verschillende kampen op de berg worden gebracht.
In het basiskamp is het rond het jubileum drukker dan ooit. Er worden feesten en reünies gehouden, waar de beroemdste klimmers ter wereld samenkomen. Toen Hillary vijftig jaar geleden aan de klim begon, was hier niets. Nu staan er tientallen tentjes in de grijze platgetrapte sneeuw. Het nieuws over Hillary’s prestatie bereikte Londen in 1953 pas vier dagen later. Nu heeft het basiskamp een internetcafé, geleid door een kleinzoon van een sherpa die meehielp bij de expeditie van 1953.
Het café is een voorbeeld van de voorspoed die de bergbeklimmers de sherpagemeenschap hebben opgeleverd. Sherpa’s doen de gevaarlijkste klussen die bij de klim komen kijken. Ze klimmen op en neer om touwen te zekeren, tenten op te zetten en de klimroute uit te zetten. Ook dragen ze de zuurstofflessen en het voedsel van de ’echte’ klimmers. Naast hun traditionele werk hebben veel sherpa’s inmiddels winkels met benodigdheden voor de klimmers opgezet of verdienen ze op een andere manier aan het alpinisme. Ze proberen zo veel mogelijk geld te verdienen om hun kinderen een andere toekomst te bieden dan het beklimmen van de gevaarlijke berg.
Voorheen was het uiterst zeldzaam dat een sherpa ook naar de top klom, maar tegenwoordig zijn de meesten zich bewust van de roem die die prestatie oplevert. Ang Karma, een 44-jarige sherpa die de top in 1986 zonder zuurstoffles bereikte, zegt dat die prestatie goed op zijn curriculum vitae staat en zijn zaak veel geld heeft opgeleverd. Maar er was nog een andere reden waarom hij was doorgeklommen. „Het is de hoogste berg. Iedereen wil naar de top om te zien hoe de wereld er vanaf dat punt uitziet.”