De uitkomst is onder meer van belang voor de onroerendezaakbelasting. Maar volgens toezichthouder de Waarderingskamer geeft dat grote rechtsongelijkheid en zal de rechter de ingreep niet accepteren. Dit meldde Het Financieele Dagblad maandagochtend.

Volgens het hoofdlijnenakkoord gaat het kabinet-Balkenende II de taxaties schrappen die gemeenten uitvoeren voor de Wet onroerende zaken (WOZ). Met de taxaties van woningen en bedrijfspanden wordt elke vier jaar de zogeheten WOZ-waarde vastgesteld.

Niet alleen heffen gemeenten daarmee hun onroerendezaakbelastingen. De Belastingdienst gebruikt de waarde voor het eigenwoningforfait en de waterschappen voor een deel van hun heffingen. De drie heffingen samen leveren bijna 5 miljard euro per jaar op.

Het nieuwe kabinet wil overstappen op een eenvoudiger en goedkoper systeem van ”verkoopwaarden met indexatie”. De Waarderingskamer, die toezicht houdt op de uitvoering van de WOZ, vindt dat echter een veel te ruwe aanpak.

’Er ontstaan grotere verschillen tussen de WOZ-waarde en de echte waarde van vastgoed, waardoor fiscale heffingen oneerlijker worden verdeeld en de acceptatie van die heffingen afneemt’, waarschuwt de Waarderingskamer bij monde van secretaris Jan Gieskes.Op basis van jurisprudentie vreest de toezichthouder bovendien dat de rechter de kabinetsaanpak niet zal accepteren, omdat de wet een zorgvuldige waardebepaling voorschrijft. Ook de gemeenten hebben grote bezwaren tegen het schrappen van taxaties. ’Het gaat ons om doelmatigheid, continuïteit en acceptatie. Wat nu in het akkoord van CDA, VVD en D66 staat, voldoet daar niet aan’, zegt fiscaal specialist Verkuijlen van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Zowel de Waarderingskamer als de VNG vindt wel dat de uitvoering van de WOZ doelmatiger kan, maar begrijpt niet hoe het nieuwe kabinet daarmee euro 60 mln per jaar kan binnenhalen. De uitvoeringskosten van de wet zijn al naar beneden gebracht van euro 180 mln per jaar naar euro 138 mln. Volgens de VNG wordt veel minder dan de helft van dit bedrag aan taxaties besteed. De Waarderingskamer wijst erop dat het Rijk 40% van de kosten voor zijn rekening neemt. Dat is dit jaar euro 55 mln. Zelfs als de uitvoeringskosten naar nul gaan, dan nog wordt de bezuiniging niet bereikt.Zowel de toezichthouder als de gemeenten vinden dat het nieuwe kabinet er beter aan doet aansluiting te zoeken bij de ’verbetervoorstellen’ die zij op tafel hebben gelegd. De plannen worden momenteel bekeken door een werkgroep die afgelopen oktober is ingesteld door het kabinet-Balkenende 1. Een van de ideeën is om het gebruikersdeel van de ozb-heffing voor bedrijven te schrappen.