Cultuur & boeken

Vaarwell, Nederland

Duizenden Nederlanders trokken in de negentiende eeuw naar Noord-Amerika, op zoek naar een beter leven. Meestal ging het om orthodox-protestantse emigranten, die in kolonies bij elkaar gingen wonen. Veel minder bekend is dat ook leden van de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen de oceaan overtrokken.

19 February 2011 08:50Gewijzigd op 14 November 2020 13:46

Een van hen was Eelco Ekker, geboren in Vollenhove in 1855. Het boek ”Altijd blijven reizen” bevat 23 brieven die hij tussen 1877 en 1913 uit Amerika naar zijn ouders en zijn zus schreef. Ze tekenen een jongen die de maatschappelijke ellende van de negentiende eeuw in Nederland verlaat om door Amerika te reizen en het geluk voor hem en zijn familie te zoeken.

Eelco’s familie behoorde tot de eerste mormoonse bekeerlingen in Nederland. De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen werd in 1830 in de Verenigde Staten opgericht door Joseph Smith jr., die in een visioen te horen had gekregen dat alle kerken en geloofsbelijdenissen vals waren. De engel Moroni maakte later bekend dat er twee gouden platen bestonden, die samen het ware evangelie bevatten. Smith vond ze en liet er een vertaling van verschijnen: het Boek van Mormon.

Het grootste strijdpunt tussen de volgelingen van Smith vormde de polygamie. Theologisch rechtvaardigden de mormonen de „veelwijverij” door te verwijzen naar het Oude Testament, waarin wordt beschreven dat Abraham, Jakob en Gideon meer dan één vrouw hadden. Polygamie was bedoeld om „zaad voor God” te verwekken.

De eerste mormoonse zendelingen kwamen in 1861 in Nederland aan. Ze kregen er maar moeilijk voet aan de grond. Aan het einde van het jaar 1863 telde de kerk slechts 33 leden. De zendelingen werkten tegen de publieke opinie in. Met name polygamie wekte grote afkeer. Zo bekogelden de inwoners van Ommen in 1867 een zendeling met stenen en joegen ze er in 1884 een met hooivorken weg.

Eelco lijkt niet vol overtuiging bij de mormonen te willen horen. Zoals veel mormoonse emigranten, trok hij naar de staat Utah, waar in Salt Lake City het hoofdkwartier van de kerk stond. Maar al snel ging hij zijn eigen weg. In 1877, vijf jaar na zijn vertrek uit Nederland, schreef Eelco aan zijn vader: „Dat weet gij ook wel, dat ik niet naar Utah gegaan ben om het mormonengeloof, maar om onder Gods zegen het middel te wezen om u op uwe dagen een gemakkelijk leven te bezorgen.”

In Utah kreeg Eelco een inkijkje in het gezinsleven van de mormoonse leider Brigham Young. Verontwaardigd schreef hij over de mishandeling van diens negentiende vrouw, Ann Eliza, die allerlei juridische procedures volgde om maar te kunnen scheiden. Dat lukte uiteindelijk in 1877, vier maanden voor de dood van Young. Het hof oordeelde dat zij nooit legaal getrouwd waren, omdat polygamie officieel verboden was. Young hoefde alleen de proceskosten te betalen. Eelco noemde hem „een duivel” en verzekerde zijn vader dat hij het voetspoor der mormonen, die hij als smeerlappen betitelde, niet zou volgen.

Eelco bleef niet lang in Utah. Hij reisde wat rond, werkte op een houtzagerij in Montana, in een steenkolenmijn in Iowa, en hoopte genoeg geld te verdienen om zijn familie over te laten komen. Zo ver kwam het echter nooit.

Eelco trouwde met een niet-Nederlandse vrouw, verhuisde weer naar Utah omdat daar de lonen wat hoger lagen, maar was niet van plan ooit nog naar Nederland terug te keren. Zijn brieven bevatten steeds meer anglicismen: vaarwell, vervrishend, packjes. Eelco was veramerikaanst.

Altijd aan het reizen. Brieven van een mormoonse emigrant naar Noord-Amerika, 1877-1913, bezorgd en toegelicht door J. Spitse; uitg. Walburg Pers, Zutphen, 2011; ISBN 978 90 5730 726 3; 160 blz.; € 19,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer