De regering kondigde in de kabinetsplannen de komst van vijfhonderd ‘animal cops’ aan. Zij hebben niets te maken met de dierenpolitie in Capelle, verzekerde Bleker. Toch financierde de staatssecretaris deze proef, destijds ingezet door zijn voorganger Gerda Verburg, wel voor een jaar. Twee zogeheten boa’s van de gemeente (bijzondere opsporingsambtenaren) houden zich onder meer bezig met het opsporen van dierenleed.

Bleker vindt dat het kabinet niet moet wachten met de aanstelling van ‘animal cops’, voordat het resultaat van de proef in Capelle bekend is. „Bij dit kabinet gaat niets in de ijskast”, reageerde hij geïrriteerd. Hoe de dierenpolitie van Capelle zich straks verhoudt met de ‘animal cops’ van minister Ivo Opstelten, is nog niet duidelijk. Bleker zei het belangrijk te vinden dat juist lokaal ambtenaren zich met dierenleed gaan bezighouden: „Die kennen de plaatselijke situatie.”

Nederland kent straks vier organisaties die zich hiermee bezighouden. Behalve de dierenpolitie in Capelle en de komende ‘animal cops’ zijn er de Landelijke Inspectie Dierenbescherming (LID) en de Algemene Inspectie Dienst (AID). Zij zullen onderling contact hebben, maar worden niet samengevoegd tot een nationale politie.

Jaarlijks komen in Capelle 33 meldingen van dierenmishandeling binnen. Landelijk zijn dat er 40.000, waarvan vierduizend serieus zijn, weet directeur Frank Dales van de Dierenbescherming. Hoeveel serieuze zaken er in Capelle overblijven, is niet bekend. De twee opsporingsambtenaren die zich hiermee bezig gaan houden, richten zich ook op andere zaken van overlast. „Maar dierenleed heeft prioriteit”, zei wethouder Joost Eerdmans van dierenwelzijn.

Dales wil zijn eigen inspectiedienst „graag” opheffen, als de overheid die taak overneemt, maar dan moet die wel goed worden uitgevoerd. Hij vindt dat het wiel opnieuw wordt uitgevonden. Dales betitelt het initiatief van Eerdmans als etalagepolitiek.