Ecclesia / De Reformatie
In Langbroek werd op 31 januari Hendrik (Henk) Achterberg begraven, bijna 94 jaar oud. Hij was de jongste broer van dichter Gerrit Achterberg, en „de laatste Achterberg.” Dr. B. J. Spruyt woonde de begrafenis bij, schrijft hij in Ecclesia (orgaan van de Vrienden van Dr. H. F. Kohlbrugge).
„Het is koud en grijs, deze maandagmiddag, de in het vooruitzicht gestelde zon, die hier van rijke symbolische betekenis zou zijn geweest, blijft verborgen. Op de dodenakker denk ik aan ds. J. T. (Ko) Doornenbal (1909-1975), de vriend van Gerrit Achterberg. Hij groeide op in Doorn en kerkte in zijn jeugd geregeld hier in de Hervormde Kerk van Langbroek (soms ook wel in het oud-gereformeerde kerkje dat verderop langs de provinciale weg staat, wat verworpen een meter of tien van de straatkant af). Ko was ook een boerenzoon, en dichterlijk aangelegd. De Achterbergen en de Doornenballen zijn zelfs verwant. Op de begraafplaats zie ik de grafsteen van Rijk Achterberg en zijn vrouw Marrigje Doornenbal. Marrigje was een zuster van de vader van ds. Doornenbal, Rijk was een neef van de vader van Gerrit en Henk. Doornenbal was bij de begrafenis van Gerrit en sprak het Onze Vader uit in huis en aan het graf, en hij was bij de begrafenis van de oude Hendrik, die samen met zijn vrouw Pietje ook hier op de Langbroekse dodenakker begraven ligt. Ook deze Hendrik werd 93 jaar oud, en „de winterwind woei koud over het kerkhof met de vele zerken en grafstenen van de oude adellijke en boerengeslachten die hier begraven liggen”, schreef Doornenbal in 1968. „Gerrit Achterberg heeft, vooral in zijn latere jaren, de band die hem met zijn vader verbond steeds nauwer gevoeld, en al vaker vond hij de weg naar de ouderlijke woning Klein Jagersteyn aan de Langbroeker Wetering. Het is nu voorbij, zoals zo veel. Huiverende kou over het kerkhof en de grafzerken. ”Afgeschreven op een steen”.” Zelf ligt Doornenbal een kilometer of wat verderop begraven, in Doorn, naast zijn ouders. Henk werd ter aarde besteld in hetzelfde graf als zijn vrouw Francien, naast de twee kinderen die hen ontvielen. „De laatste Achterberg”, zo noemde Wim van Amerongen hem in de kerk.
Wie zich in de levensloop van Henk verdiept, in zijn gaven van hoofd en hart, vraagt zich bijna als vanzelf af of deze man niet –net als Doornenbal– een leven vertegenwoordigde dat verdwijnt. Een eenvoudig, christelijk leven naar hervormde snit, dat leeft uit gratie en licht en dat vooral gééft.
Dominee C. J. Barth spreekt over de erfenis van Henk Achterberg. Die moeten we wel ontvangen en niet verkwanselen maar bewaren en ook weer doorgeven. Tot de tweede komst. Misschien nog wel tot in het vijfde geslacht.”
En, wanneer vertrekken jullie uit Kampen? Het was een doorsnee predikant die dit vroeg, schrijft hoofdredacteur prof. dr. A. L. Th. de Bruijne in het gereformeerd vrijgemaakte orgaan De Reformatie. Hij vond het logisch wanneer –ook– de Theologische Universiteit (Broederweg) uit Kampen weg zou gaan.
„Waarom? Kampen is als onderwijsstad ontmanteld. Vrijwel alle opleidingen die de plaats ooit telde, zijn verdwenen. Binnenkort volgt met het vertrek van de theologische universiteit van de PKN de genadeslag. Is het dan verstandig als onze TU daar eenzaam achter blijft? Nu al blijven potentiële studenten weg omdat ze de setting onaantrekkelijk vinden. Bovendien zijn er meer redenen voor een vertrek uit Kampen. Aanstaande studenten hebben vaak hun hele schoolloopbaan doorgebracht binnen de gereformeerde zuil. Maar als voorganger leiden ze een gemeente die dagelijks midden in de niet-christelijke maatschappij staat. Het is wenselijk dat zij zelf aan den lijve ervaren wat dat met je doet. In Kampen komen zij ook alleen maar in aanraking met theologiestudenten en met de gereformeerde traditie. (…) Natuurlijk zijn er ook argumenten die voor Kampen pleiten. Vertrekken uit Kampen is misschien vrij duur. En idealiter kan juist een tijdelijke concentratie binnen een besloten en sprankelende spirituele gemeenschap vormend zijn. Toch is dat de theorie die vooralsnog niet door de praktijk wordt bevestigd. Daarom pleit er veel voor een vertrek uit Kampen.”