Schoolbestuurders: Inspectie let te veel op cijfers
ZOETERMEER – De onderwijsinspectie hecht te veel waarde aan de toetsresultaten van scholen, vindt zo’n 87 procent van de schoolbestuurders.
Dat bleek donderdag uit een peiling van de Besturenraad voor het protestants-christelijk onderwijs onder ruim 300 schoolleiders.
De inspectie zou te veel controleren en zou geen goede partner zijn voor innovaties en vernieuwingen op scholen. Zo’n 41 procent van de respondenten vindt dat zijn school door de inspectie niet eerlijk wordt beoordeeld. „Het werken met mensen, met leerlingen die onder enorme druk staan door internet, sociale problemen, puberteit en wisselende eisen, is gewoon heel moeilijk en niet van begin tot eind controleerbaar zoals bij de productie van auto’s”, stelt een van de respondenten. „Waarom is daar ogenschijnlijk zo weinig begrip voor?”
Bij veel schoolleiders overheerst het gevoel dat de inspectie geen oog meer heeft voor het verhaal achter de resultaten. „De context telt niet meer; je wordt afgerekend op de kille cijfers.” De inspectie zou te weinig ruimte en tijd hebben om te adviseren en te ondersteunen. Een van de reacties: „Voorheen had ik een fijne band met de inspecteur; hij dacht begripvol mee. Nu is hij een controleur die zelf ook gecontroleerd wordt, vooral op procedures.”
De druk op meetbare cijfers valt niet goed bij de meeste schoolleiders. Dat is niet in het belang van het kind, zo vinden zij. „Het geeft veel spanning. Onderwijs is meer dan de cognitieve vakken. Expressie en wereldoriëntatie zijn minstens zo belangrijk voor een goede ontwikkeling van het kind.” Iemand anders: „Een kind is meer dan zijn citoresultaat!”
Waar de onderwijsinspectie vroeger als een goede partner voor verbeteringen werd gezien, is dat voor twee derde van de respondenten nu heel anders. „De ‘schoolpolitie’ werkt uitermate demotiverend”, stelt een van hen. „Ook wanneer er terecht tekortkomingen worden geconstateerd, want die hebben we ook. En daar werken we hard aan. Waardering is dan overigens nog nihil.” Een ander: „Met een controleur en handhaver ga ik geen problemen of inhoudelijke zaken bespreken. De kans een negatieve beoordeling te krijgen blokkeert je om vertrouwen te geven.”
Het publiceren van een lijst met zeer zwakke scholen op de website van de onderwijsinspectie valt bij iets meer dan de helft van de deelnemers aan de peiling slecht. Dit zou die scholen niet helpen om er weer bovenop te komen. „Het predicaat doet de school geen goed. Wanneer de kwaliteit niet goed is, moet dat intern worden aangepakt. Een probleem los je intern op. Je moet niet de vuile was buitenhangen. Dat levert dubbele schade op.”