Ds. J. Cooiman-Bouma, die begin januari tot predikant van de Nederlands gereformeerde kerk in Zeist werd bevestigd, zal zondagmiddag de dienst in de Arnhemse Kruiskerk leiden. Ds. Cooiman-Bouma is de eerste vrouwelijke gemeentepredikant binnen haar kerkverband.

De kwestie ligt gevoelig omdat binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) de ambten voor vrouwen niet zijn opengesteld. Binnen de Nederlands Gereformeerde Kerken is al in 2004 het principebesluit genomen om vrouwen op de kansels toe te laten.

A. Ch. Stahlie, scriba van de cgk/Ngk-samenwerkingsgemeente in Arnhem, zegt in een reactie dat binnen zijn gemeente in principe het standpunt wordt gehuldigd dat de ambten ook openstaan voor vrouwen. „Vanwege het landelijk verband van de CGK, waar de kwestie gevoelig ligt, zijn er in onze gemeente echter geen vrouwelijke ouderlingen en diakenen actief.”

Dat nu ds. Cooiman-Bouma is uitgenodigd voor een preekbeurt, is niet gedaan om te choqueren, zegt Stahlie. „De preekvoorziener heeft haar benaderd. Vervolgens hebben we het er in de kerkenraad nog even over gehad, omdat we weten dat het gevoelig ligt. Maar we zagen geen reden om ervan af te zien. Het is wat mij betreft ook een signaal naar onze gemeente, dat er binnen onze gemeente ruimte voor is.”

Helemaal nieuw is het niet voor de Kruiskerk, aldus de scriba. Eerder heeft een vrouwelijke kerkelijk werker een jeugddienst geleid. Hij geeft aan dat het binnen een samenwerkingsgemeente vaak balanceren is. „Aan de ene kant willen we rekening houden met de gevoelens die binnen de CGK leven. Aan de andere kant zouden we het toejuichen als de landelijke CGK meer ruimte zouden geven in deze zaken.” Vooruitlopen op de vraag hoe de classis Apeldoorn van de CGK, waaronder Arnhem valt, op de kwestie zal reageren, wil Stahlie niet.

Ds. D. Quant (Huizen), tweede voorzitter van de generale synode van de CGK, stelde een paar weken geleden in deze krant dat er met de bevestiging van ds. Cooiman-Bouma principieel weinig is veranderd in de relatie CGK-NGK, maar dat het „in de praktijk dubbel uitkijken is geblazen.” De kwestie Arnhem laat volgens de predikant weer eens de ongelijkheid zien die er speelt in een samenwerkingsgemeente. „Binnen de NGK zijn er al heel lang vrouwelijke ambtsdragers. Wat ik waardeer, is dat in cgk/Ngk-samenwerkingsgemeenten altijd de CGK-regels ten aanzien van de ambten zijn nageleefd. Je bent als kerkverband lid van twee kerkverbanden, waarbij de CGK-regels nauwer zijn dan de NGK-regels.”

Ds. Quant begrijpt dat het pijnlijk is voor een samenwerkingsgemeente dat niet alle NGK-predikanten mogen worden uitgenodigd. Tegelijk gelden voor een samenwerkingsgemeente gewoon de CGK-regels. „Ik verwacht dan ook dat die worden nageleefd, net als bij de andere ambten. Dat betekent voor mij dat je geen vrouwelijke predikant beroept. En ook dat je geen vrouwelijke predikant laat voorgaan.”

De predikant uit Huizen gaat ervan uit dat er geen sprake is van kwade opzet van de Arnhemse gemeente. Hij verwacht dan ook dat „een goed gesprek”, bijvoorbeeld op de classis Apeldoorn, de kou uit de lucht kan halen. Hij verwijst naar de kwestie Purmerend. Daar leidde in augustus 2009 in de cgk een vrouwelijk gemeentelid een leesdienst. Op de classis Amsterdam werd vervolgens over de kwestie gesproken, waarna de gemeente van Purmerend aangaf zich in het vervolg aan de kerkorde te zullen houden.

Ds. Quant verwacht dat ook in de kwestie Arnhem de „rimpeling” op deze manier kan worden opgelost. Maar dat er een gesprek moet komen, staat voor hem vast. „Als er niets gebeurt, gaat het rollen.”