Kritische consument eet geen vlees van een kistkalf
WAGENINGEN – Wie wil er nog een ei uit een legbatterij of vlees van een kistkalf? De kritische consument dwingt de Nederlandse intensieve dierhouderij tot bezinning op een diervriendelijker toekomst.
Een aanzet daartoe is essaybundel ”Zorgvuldige veehouderij”, die bestuursvoorzitter Aalt Dijkhuizen en Martin Scholten, directeur van de Animal Sciences Group van Wageningen Universiteit (WUR), dinsdagmorgen hebben aangeboden aan staatssecretaris Bleker.
De Nederlandse veehouderij heeft momenteel geen diervriendelijk imago. Integendeel, mensen denken aan berichten over mest en ammoniak, antibioticagebruik, schaalvergroting en kiloknallers. En aan de bron van vele tijdbommen voor de volksgezondheid en dierziekten zoals MKZ en Q-koorts, zo blijkt uit de essaybundel.
De kritische consument koopt zijn vlees anno 2011 dan wel heel voordelig bij de supermarkt, maar protesteert tegelijkertijd steeds luider tegen dieronvriendelijkheid.
De Wageningse wetenschappers tonen zich bezorgd in de essaybundel. Ze pleiten voor zorgvuldige veehouderij.
Maar wat maakt een veehouderij zorgvuldig? Allereerst een omschakeling naar duurzaamheid met aandacht voor dierenwelzijn, milieu en een goed inkomen voor de veehouder.
De paradox is wel dat dit het beste is gewaarborgd in de intensieve veehouderij.
Hoewel het dierenwelzijn verbetert bij extensieve vormen van dierhouderij, zijn het milieu en de volksgezondheid juist slechter af. Omdat hiervoor ook meer landoppervlak nodig is, is inkrimpen van de sector onvermijdelijk, aldus de samenstellers.
Ze stellen dat de vraag naar melk, vlees en eieren nauwelijks zal toenemen. Maar de eisen veranderen wel: de consument zal vaker gaan voor biologisch en toont zich gevoeliger voor labels als milieukeurvarkensvlees en merken als Rondeelei. „En wat hier niet diervriendelijk geproduceerd kan worden, betrekken we uit het buitenland”, aldus Dijkhuizen: „Zo vegen we ons straatje schoon.”