„De autoriteiten en medegevangenen hebben mij ontzettend slecht behandeld vanwege mijn geloof in Jezus Christus. Ze hebben me seksueel misbruikt, sloegen me met hun handen en met een stuk hout, schopten me, duwden dingen op mijn hoofd en bespotten me. „Hij is Jezus Christus”, zeiden ze. Ze bespuugden me, gaven me dagen en nachten niet de gelegenheid om te slapen. Iedereen sloeg en bespuugde me.”

Het aangrijpende verhaal van Said Musa, die sinds eind mei gevangenzit, kwam vorig jaar naar buiten via organisaties als Open Doors en The Voice of the Martyrs (Stem der Martelaren). Zondag publiceerde een Britse krant een brief, een van de vijf die Musa uit de gevangenis wist te smokkelen. Hij doet daarin een klemmend beroep op de wereldwijde kerken, op de Amerikaanse president Obama en op de internationale troepenmacht ISAF in Afghanistan om hem te bevrijden.

Musa, een 45-jarige Afghaan, is christen sinds 2003. Hij werkte als fysiotherapeut voor het Internationale Rode Kruis in Kabul. Zijn aanhouding volgde op een televisie-uitzending vorig jaar. Daarop was een doopplechtigheid zichtbaar van moslims die zich tot het christendom bekeerden. De uitzending leidde tot een storm van protesten in het Aziatische land en een oproep aan de regering om in te grijpen.

Daarop werd Musa gearresteerd, evenals een andere Afghaan, Ahmed Shah. Die zou foto’s van een bijeenkomst hebben doorgezonden naar televisiezender Noorin. De beelden werden getoond tijdens een uitzending van een uur, die bol stond van protesten tegen het christendom en een verhit debat in het parlement liet zien. De secretaris van het parlement, Abdul Sattar Khawasi, riep na de uitzending op alle christenen in het land te executeren.

Musa verscheen tegelijk met Shah voor de rechter op 27 november. Dat gebeurde zonder voorafgaande waarschuwing, terwijl hij niet in de gelegenheid was met een advocaat te spreken. De rechter floot de aanklager bij die zitting terug, omdat een aantal zaken in de aanklacht tegen Musa nog uitgewerkt moest worden. Het is nog onbekend wanneer er een vervolgzitting plaatsheeft. Bovendien heeft Musa nog steeds geen advocaat. Er is geen enkele raadsheer te vinden in Afghanistan die zijn vingers aan deze zaak wil branden.

De 45-jarige christen houdt Shah voor een informant van de overheid, die zich voordoet als gelovige. Tegenover de rechter zou Shah eind november gezegd hebben geen christen te zijn. Desondanks zou hij nog vastzitten.

Musa werd aangehouden toen hij op 31 mei het gebouw van het Internationale Rode Kruis verliet. Twee maanden lang wisten zijn vrouw, zijn zes kinderen en zijn familieleden niet waar hun man en vader zich bevond. In november, na diplomatieke bemiddeling, werd Musa overgebracht naar een andere gevangenis. Sindsdien zijn er geen berichten meer naar buiten gekomen van mishandelingen.

„Het is de grootst mogelijke schande voor een familie, een bevolkingsgroep en een land als iemand overweegt de islam te verlaten”, aldus een christelijke advocaat tegenover de nieuwsdienst Compass Direct. Moslims die zich bekeren tot het christendom moeten vaak vluchten voor hun leven. Velen trekken naar het buitenland. Onder meer Nederland ving in de achterliggende jaren Afghaanse bekeerlingen op. Het aantal Afghanen dat in het geheim zijn geloof belijdt, bedraagt volgens diverse schattingen tussen de 500 en de 8000.

Behalve van Musa is van ten minste één andere christen bekend dat hij gevangenzit in Afghanistan. De 25-jarige Shoib Assadulah werd op 21 oktober opgepakt, omdat hij een exemplaar van het Nieuwe Testament aan een landgenoot gaf. Die bleek een informant te zijn van de politie, waarop Assadulah werd aangehouden. Assadulah zit gevangen in Mazar-e-Sharif, in Noord-Afghanistan. Hij bekeerde zich vijf jaar geleden tot het christendom.

De familie van Assadulah heeft bij herhaling aangedrongen op diens vrijlating. Hoewel het ongebruikelijk is in Afghanistan is de 25-jarige niet door zijn familie verstoten. Wel heeft zijn vader hem onterfd en is de familie allerminst blij met zijn overgang naar het christendom.

Ook voor Assadulah heeft zich nog geen advocaat gemeld. Assadulah zegt dat hij niet bang is, dat zijn geloof standhoudt en dat hij de Bijbel heel erg mist. Hij heeft gevraagd om gebed, dat Afghaanse christenen standvastig zullen blijven in hun geloof.

Beide christenen staat mogelijk de doodstraf te wachten omdat de sharia, de islamitische wet, dit voorschrijft.

In Afghanistan is volgens artikel 2 van de grondwet sprake van godsdienstvrijheid. Artikel 3 meldt echter dat geen enkele wet in strijd mag zijn met de islam. Afghanistan heeft de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens ondertekend en beweert vrijheid van religie voor te staan. Desondanks steeg het land dit jaar van de zesde naar de derde plaats op de lijst van landen waar christenen het meest verdrukt worden.