Commentaar: Christelijke namen
In zijn beroemde toneelstuk ”Romeo en Julia” schrijft William Shakespeare: „Wat is een naam? Het ding, dat nu roos heet, geurde, als ’t een andere naam had, even lieflijk.” Kort door de bocht zegt de befaamde Engelse dichter: „Het maakt niet uit, als het beestje maar een naam heeft.”
Voor de meeste mensen is het echter niet zo simpel. Hun naam is een deel van hun identiteit, waarop ze meestal ook trots zijn. Het ergert hen als anderen hun naam niet goed spellen of verkeerd uitspreken. En terecht. Op je naam mag je zuinig zijn.
Vervelend is het als de drager van een naam er niet gelukkig mee is hoe hij heet. Dat kan gaan om zijn familienaam. Ieder kent wel voorbeelden van familienamen die niet zo fraai zijn. Daarbij is wel degelijk voor te stellen dat de dragers zich soms schamen voor de keus die hun verre voorvader aan het begin van de 19e eeuw maakte. Toen Napoleon bepaalde dat iedere huisvader een familienaam moest kiezen voor zijn gezin, dachten sommigen dat de modegril zo weer over zou zijn. Zij maakten een bizarre keus, waarmee ze vervolgens hun hele nageslacht opzadelden. Tenzij men voor een aardige som geld zijn familienaam verandert.
Het risico dat ouders hun kind een lachwekkende voornaam geven, is nagenoeg uitgesloten. Vader en moeder beseffen dat ze daarmee voor hun kind een probleem scheppen waarmee dat het hele leven te maken heeft.
Toch komt het voor dat ouders onvoldoende naar de toekomst van het kind kijken. Wie zijn pasgeboren zoon als roep- en doopnaam een verkleinwoord meegeeft, houdt er geen rekening mee dat het ventje kan uitgroeien tot een boom van een kerel. Evenzo doen ouders er verstandig aan geen hippe naam voor hun kind te kiezen waarvan ze op hun vingers kunnen natellen dat die binnen tien jaar in onbruik is.
Helemaal onverstandig is het als ouders namen van producten voor hun kind kiezen. Zo noemde de Ierse zanger Bob Geldof zijn twee dochters Pixie en Peache, de Engelse woorden voor Elf en Perzik. Of je ouders zullen je met de roepnaam Brooklyn –de naam van een district in New York– het leven insturen. Zij zouden moeten bedenken dat de naam die je aan je zoon geeft later door zijn vrouw ook liefdevol uitgesproken moet kunnen worden.
Eerder deze week vroeg de paus aandacht voor het geven van namen aan kinderen. Hij riep christelijke ouders ertoe op bij de naamkeus ook iets van hun overtuiging te laten doorklinken. In de Roomse Kerk wordt dat soms gedaan door de naam van een heilige aan kinderen mee te geven.
Protestanten zullen dat laatste niet doen. Zij zijn wars van heiligenverering. Toch kunnen zij bij de naamkeuze voor hun kinderen iets zichtbaar maken van hun overtuiging door bijvoorbeeld hun kind een Bijbelse naam te geven. Juist in onze ontkerstende maatschappij zou dat een bescheiden, maar wel duidelijke reactie kunnen zijn op de trend om film- of sporthelden te vernoemen. Zo maak je duidelijk dat je niet meegevoerd wilt worden met allerlei moderniteit, maar dat je je verbonden weet met een traditie waarvan de papieren hun waarde hebben bewezen.