Brief uit Kabul
De godsdienstige vrijheid is onder de nieuwe Afghaanse regering nog steeds in gevaar. Christenen hopen dat ze in de nieuwe grondwet erkend worden als zelfstandige godsdienstige groep. Een christelijke hulpverlener uit de VS
, die werkt in Kabul, beschrijft de situatie. Om veiligheidsredenen wordt zijn naam niet gepubliceerd. Achttien maanden nadat Afghanistan werd bevrijd, is Kabul een zeer drukke plaats geworden. De stad is vol ngo’s (niet-gouvernementele organisaties) die de Afghanen willen helpen bij de wederopbouw van hun verwoeste land.
Sinds de val van de Taliban in 2002 hebben veel christelijke organisaties zich hier bij de regering gemeld. Maar de situatie van religieuze minderheden is nogal complex.
De regering van de VS zei recent dat de situatie voor religieuze minderheden in dit land significant verbeterd is. Aan de ene kant is dat waar. Als vroeger een Bijbel gevonden werd bij een Afghaan, zou de Taliban hem op z’n minst gevangengezet hebben. Als hij beleden had christen te zijn, zouden ze hem zeker gedood hebben. Nadat Afghaanse medewerkers van christelijke organisaties ervan beschuldigd waren christen te zijn, dreigden de Taliban hen voortdurend met de dood.
Enkele dagen geleden kwam er een oude rabbi in mijn kantoor. Hij is de enige Jood die in Afghanistan achtergebleven is en bewaakt de synagoge hier in Kabul. Ik sprak ongeveer twee uur met hem en hij vertelde over alle narigheid die hem tijdens het Taliban-bewind was overkomen. Hij werd ten minste vijf maal hevig geslagen en werd opgesloten in Kabuls beruchte Pul-e-Charkhi-gevangenis voor meer dan vijftig dagen. Terwijl ze hem sloegen, vroegen ze of hij moslim wilde worden, maar hij weigerde. Verscheidene malen dreigden ze hem te zullen doden. Hij leed veel en liet me littekens van de stokslagen zien. Het was verschrikkelijk om deze man te zien, die erg arm is en nauwelijks genoeg geld heeft om te kunnen eten. We zullen zien hoe we hem kunnen helpen. Ik ging de synagoge waarin hij woont bekijken en vond die in desolate staat. Hij vertelde me dat hij zich tamelijk vrij voelde en zelfs hier in Kabul wil blijven.
Onlangs werd ik benaderd door de ISAF. Ze vroegen me hen naar de verblijfplaatsen van de hindoes en sikhs te brengen. Ik nam de bevelhebber van het Duitse leger mee naar een van de hindoetempels. Afghaanse hindoes vertelden ons ook trieste verhalen over hun mishandeling tijdens het Taliban-regime. Hindoes en sikhs verlieten Afghanistan nadat ze constant bedreigd werden en sommige van hun bezittingen gestolen waren. In de zomer van 2001, kort voor de medewerkers van Shelter Now International werden gearresteerd, wilde de regering van Afghanistan een wet aannemen dat alle niet-moslims een geel lapje op hun kleren moesten dragen. Toen de ISAF-officier de Afghaanse hindoes vroeg of ze op het moment problemen hadden, antwoordden ze dat ze absolute vrijheid van vergaderen hebben. De rabbi rapporteerde hetzelfde.
Als christenen van overzee kunnen we weer in ons kerkgebouw bijeenkomen. Dat was ons niet toegestaan toen de Taliban aan de macht waren. We moesten in verschillende huizen samenkomen. De Taliban wilden ons niet naar ons echte kerkgebouw terug laten gaan. Maar voor Afghanen is het nog steeds heel gevaarlijk om te belijden dat ze christenen geworden zijn.
Ze zouden gevangengenomen of zelfs gedood kunnen worden. De huidige voorzitter van het hooggerechtshof, mullah Fazul Shinwari, stelde eens openlijk dat als een Afghaan christen wordt, hij gedood zou moeten worden. Over het algemeen is het nog voor iedereen die de islam de rug toekeert uitermate gevaarlijk om dat te belijden. Maar op het moment hebben we hier de ISAF-troepen, dus ik denk niet dat Afghaanse moslims in het openbaar bekeerlingen zouden doden.
De regering van Afghanistan is bezig een nieuwe grondwet te ontwerpen, hoewel niemand van ons die nog gezien heeft. We bidden veel en we hebben contact opgenomen met een aantal regeringsmedewerkers in het Westen om hun te smeken hun invloed aan te wenden.
In deze nieuwe constitutie in Afghanistan zouden we graag christenen gerespecteerd zien als een religieuze minderheid. In de oude grondwet werden alleen de Joden, hindoes en sikhs genoemd als minderheid. Als een Afghaan werd gevraagd of er Afghaanse christenen in zijn land waren, zou hij dat altijd stellig ontkennen. Afghanen weten nu dat velen van hun landgenoten christen geworden zijn. Als ze hen zouden noemen als beschermde minderheid in de grondwet, zou dat een belangrijke stap zijn in de richting van religieuze vrijheid. Zo’n erkenning zou de religieuze vervolging nog niet doen verdwijnen. Afghanen zouden nog steeds met vele gevaren geconfronteerd worden wanneer ze hun geloof verlieten, maar er zou tenminste een officiële erkenning zijn van Afghaanse christenen, die dan hun rechten konden opeisen.
Hoe is de situatie buiten Kabul? Het is waar dat daar meer wetteloosheid en geweld heerst, vooral in gebieden die voornamelijk door Pashtun bevolkt worden. Vele voormalige Taliban keerden terug naar hun dorpen en staan nu op tegen de huidige regering. In een aantal gebieden wordt vooral gevochten met de Amerikanen en de Afghaanse regeringstroepen. Er is een aantal aanvallen geweest op buitenlandse hulporganisaties. Op 27 maart doodden Taliban-extremisten in Orzugan een buitenlandse werker van het Internationale Rode Kruis toen hij door het gebied reisde.
In sommige gebieden hebben voormalige oorlogshoofden de macht behouden en er moet nog steeds veel veranderen. Maar als we geduldig zijn, zullen we meer en meer zien veranderen hier. In feite is alles vernietigd en is er geen infrastructuur meer over. Ministeries hebben lang niet gefunctioneerd, maar vele hulporganisaties werken systematisch aan de wederopbouw van deze instellingen. Een nieuwe politie- en een legermacht worden getraind en op ieder niveau van de regering is er steun van vele verschillende landen.
Vele jaren lang heb ik Afghanen hun bezittingen zien verkopen en hen zien vertrekken, zowel toen het communisme aan de macht was als in de moedjahedien-periode, en ook in de laatste jaren van de Taliban. Vele Afghanen hadden alle hoop verloren dat hun situatie zou veranderen. De verwijdering van de slechte en absoluut onderdrukkende Taliban heeft gezorgd voor de belangrijke veranderingen die we nu in Afghanistan zien. Vele Amerikanen en anderen gaven grote offers om dit verschrikkelijke regime ten val te brengen. We zijn dankbaar.
De auteur werkt voor een Amerikaanse christelijke hulporganisatie in Kabul.