Psalmen
Met instemming heb ik het artikel van Adriaan van Beek gelezen waarin hij een pleidooi houdt voor het zingen van complete ”pauzes” van de psalmen (RD 5-1). Echter, dat vraagt ook herbezinning op onze manier van zingen. Dat is een gevoelig punt, want we hebben een traditie binnen de gereformeerde gezindte van isometrisch (”niet-ritmisch”) zingen.
Het zou goed zijn wanneer er meer kennis zou komen (bijvoorbeeld door middel van artikelen in deze krant) met betrekking tot de visie van Calvijn op de gemeentezang. Als musicus heb ik er moeite mee dat vaak onterecht de naam van Calvijn wordt verbonden aan langzaam en isometrisch zingen, en zeker wanneer dit het stempel krijgt dat het „eerbiediger” is. Wie weet nog de reden waarom we in het verleden zijn overgegaan naar isometrisch zingen?
De traditie waarin ik sta is mij lief. Ik pleit echter voor meer kennis van de geschiedenis en de visie van Calvijn. Calvijn was degene die de psalmen ritmisch liet componeren. Hij liet ze zingen in een tempo waarbij hij als het ware de polsslag aanhield als basis voor de halve noot. Zo liet hij dan ook een flink aantal verzen achter elkaar zingen. Calvijn liet ook de wet zingen. Ik verwijs graag naar het kerkhistorisch en hymnologisch onderzoek door H. Hasper over deze materie: ”Calvijns beginsel voor de zang in de eredienst”.
Roeland de Reuver
Floris Burgwal 54
2907 PH Capelle a/d IJssel