Opinie

Commentaar: Jodenhaat en visa

De gruwelijke aanslag op koptische christenen in Alexandrië tijdens de jaarwisseling is waarschijnlijk niet toe te schrijven aan moslimterroristen, maar aan een zionistische samenzwering die de nationale eenheid van Egypte beoogt te verbreken.

7 January 2011 23:39Gewijzigd op 14 November 2020 13:11

Deze beschuldiging, die gisteren in deze krant te lezen was, is te vernemen in islamitische kringen –en niet alleen extremistische. Zelfs de terreurorganisatie Al Quida zou, volgens sommige moslims, inmiddels een soort aftakking zijn van de Mossad, de Israëlische geheime dienst.

De vijandschap tegen de Joden lijkt wel steeds heftiger te worden. Je merkt dat niet alleen aan de reacties in het Midden-Oosten, maar ook bij sommige moslims in Europa. Het hedendaagse antisemitisme is in ieder geval niets minder-gruwelijk dan bijvoorbeeld de haat van nazi’s tegen het Joodse volk.

Temidden van dit alles moet de staat Israël zien te overleven als een piepklein eiland in een uitgestrekte oceaan van vijandigheid. Dreiging van alle kanten. Zelfs landen waarmee officieel vrede gesloten is –Jordanië en Egypte– tellen onder hun inwoners talloze moslimextremisten die het liefst zouden zien dat hun regeringen alle banden met de Joodse staat verbreken.

Israël is en blijft een land dat op de wereldkaart geen plaats gegund wordt. Die vreemdelingschap tekent het Joodse volk, de eeuwen door.

Dat de Israëlische overheid zeer nauwkeurig kijkt wie er wel en niet het land binnenkomen, is op zich dus zeker niet vreemd. Ze moet wel. Het krijgen van een visum voor een langer verblijf in Israël of in de Palestijnse gebieden krijgt intussen steeds meer de trekken van een wonder. Tal van organisaties kunnen daarover inmiddels meespreken.

Zo was gisteren in deze krant te lezen dat het christelijke tehuis Jemima in het Palestijnse plaatsje Beit Jala moeite heeft om voldoende vrijwilligers te vinden omdat buitenlanders steeds moeilijker een visum krijgen van de Israëlische overheid. Jemima probeert dit probleem op te lossen door mensen een project van drie maanden te laten leiden, zodat ze op een toeristenvisum in Beit Jala kunnen verblijven.

Het dilemma waarin de Israëlische overheid verkeert, is niet makkelijk. Toch is ook duidelijk dat het onder de huidige Israëlische regering voor christenen, op z’n zachts gezegd, zeker niet makkelijker is geworden om voor langere tijd een visum te krijgen. Als die christenen óók nog eens hulp willen verlenen aan de Palestijnse bevolking, is dat extra moeilijk. En juist dat is weer koren op de molen van de anti-Israëllobby die roept dat Israël de Palestijnen het liefst zo arm mogelijk houdt.

Het zou geen kwaad kunnen als de Israëlische regering op dit punt de bakens resoluut zou verzetten. De inlichtingendiensten van de Joodse Staat staan bekend als zeer goed. Dus moet het niet al te moeilijk zijn om achter de intenties te komen van de aanvragers van een visum. Want het kan niet zo zijn dat Israël zichzelf graag afficheert als de enige democratie in de regio, maar ondertussen goedwillende niet-Joden de toegang tot het land weigert.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer