Nadat het beleid van gemeente Elburg om geen enkel bordeel binnen de gemeentegrenzen toe te staan door de Raad van State was afgekeurd, zijn de omliggende gemeenten zich gaan beraden op een beleid dat juridisch wel door de beugel zou kunnen. Een groot aantal gemeenten -van Harderwijk tot Winterswijk- heeft ervoor gekozen een zogenaamd regionaal maximum in te stellen. J. F. H. Baron, beleidsmedewerker van de gemeente Harderwijk, is daar nauw bij betrokken. „We hebben exploitanten van seksinrichtingen uit de hele regio gevraagd zich te melden. Uiteindelijk hebben zo’n 25 van hen dat gedaan. We hebben hun bedrijven als het ware gelegaliseerd en gesteld dat er in de regio geen plaats is voor meer van dergelijke vestigingen”, vertelt Baron.

Met het vaststellen van een regionaal maximum is het bordeelbeleid van een gemeente nog niet rond, stelt de Harderwijkse beleidsmedewerker. „Stel je voor dat er één of meerdere seksinrichtingen in de regio hun activiteiten staken. Dan is er plaats voor een nieuw bordeel. Wanneer een exploitant in dat geval bij een deelnemende gemeente een vergunning voor zijn bedrijf aanvraagt, is zij dus verplicht hem een mogelijke vestigingslocatie te noemen. De Raad van State heeft in het geval Elburg immers aangegeven dat een nulbeleid juridisch niet door de beugel kan.”

De gemeenten die deelnemen aan het regionaal-maximumbeleid hebben onderling afgesproken in hun bestemmingsplannen ruimte te bieden voor maximaal één bordeel, de zogenoemde eenoptie. De Harderwijkse commissie ruimte buigt zich momenteel over drie mogelijke locaties: De Groene Zoom, de Boswerkplaats en industrieterrein Lorentz. In juni zal ze de gemeenteraad adviseren om een van die drie plekken in het bestemmingsplan aan te wijzen als mogelijke vestigingsplek voor een bordeel.

Volgens Baron zijn lang niet alle participerende gemeenten zo ver met de uitwerking van hun bordeelverbod in hun bestemmingsplannen. „Veel gemeenten denken dat het zo’n vaart niet zal lopen. Dat er binnen hun grenzen nooit een bordeel zal komen. Ze vertrouwen te veel op de inperkende werking van het regionaal-maximumbeleid. Dat is niet terecht, want ten eerste staat de juridische houdbaarheid van die constructie niet vast -er is nog nooit iemand tegen in beroep gegaan- en ten tweede kan een van de 25 bordelen in de regio stoppen. Het gevaar van die lakse houding is dat ze geconfronteerd kunnen worden met de aanvraag voor een bordeel in een woonwijk of bij een school.”

Het voordeel van het opnemen van mogelijke bordeellocaties in een bestemmingsplan is dat je als gemeente precies kunt aangeven waar je een seksinrichting wel of niet wilt hebben, stelt Baron. „Wij hebben aan die plekken een aantal criteria gesteld: ze moeten goed bereikbaar zijn, de openbare orde moet er te handhaven zijn, er mag geen verstoring van het woon- en leefklimaat kunnen optreden, de locaties mogen niet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg en er moet genoeg parkeergelegenheid zijn. Op basis van die eisen zijn de drie genoemde locaties uit de bus gerold.”

Dat Harderwijk al wel vrij ver is met de uitwerking van haar eenoptiebeleid heeft een reden: bij de gemeente liggen momenteel twee aanvragen voor de vestiging van een seksinrichting, één van een bordeelexploitant en één van iemand die een erotische massagesalon wil starten. Baron: „Deze twee aanvragen staan boven aan de regionale meldlijst. Dat is een soort wachtlijst met seksexploitanten die graag een bedrijf willen beginnen, maar die geen toestemming krijgen totdat een van de 25 bordelen in de regio zijn activiteiten staakt.”

Welke van de drie locaties uiteindelijk als mogelijke bordeelplek in het bestemmingsplan terechtkomt, is nog niet bekend. Wel is het zo dat de Groene Zoom een goede kans lijkt te maken: die plek ligt aan het randje van Harderwijk, tegen de grens met Ermelo aan, er wonen vrij weinig mensen en het gebied gaat binnenkort toch op de schop. De gemeente Ermelo heeft in ieder geval al aangegeven niet blij te zijn met de plannen. Of de bewoners er gelukkig mee zullen zijn, valt ook nog te bezien. Zij kunnen in ieder geval op 19 mei tijdens een informatiebijeenkomst hun mening laten horen. Bovendien kunnen zij ook na de vaststelling van het bestemmingsplan hun kritiek (in ambtelijk jargon: zienswijzen) kenbaar maken.