Reformatorische filosofie is radicaal
AMSTERDAM – De reformatorische wijsbegeerte is actueel, omdat er geen andere filosofie is die zo radicaal de betekenis voor het hele leven weet te verwoorden, vindt prof. dr. G. Glas. „Er is er ook geen andere wijsbegeerte die zo’n samenhangend raamwerk biedt om ontwikkelingen in wetenschap en techniek te taxeren.”
Hij zei dat gisteren in Amsterdam tijdens het startsymposium ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van de Vereniging voor Reformatorische Wijsbegeerte (VRW). „Het belangrijkste door de jaren heen is dat deze beweging voortdurend het geestelijk karakter van allerlei ontwikkelingen heeft getaxeerd en deze verwoordt voor het forum van een niet-christelijke wereld. Het tij voor reformatorische wijsbegeerte in de academische wereld blijft echter moeilijk, gezien de moeite die de vereniging moet doen om haar plaatsen te behouden.”
VRW-voorzitter drs. A. Berger memoreerde de actualiteit van de oude grondslag van de vereniging, die onder meer vermeldt dat alle filosofie religieus is bepaald en neutraliteit uitgesloten is. Ook de oude doelen zijn voor hem nog steeds actueel: verdieping van het wijsgerig inzicht in de geschapen werkelijkheid en dit vruchtbaar maken voor wetenschap en samenleving.
De vereniging tooit zich met de naam reformatorisch (voorheen: calvinistisch), maar naar buiten toe opereert sinds kort de Stichting voor Christelijke Filosofie. Door de nieuwe naam is de doelgroep van de studentenwereld beter te bereiken, denkt Berger.
Het nieuwe logo, met daarin een prisma, drukt uit dat het wijsgerig denken gericht is op een oorsprong (centrifugaal) én uitwaaiert naar alle facetten van het leven (centripetaal). De vereniging heeft 500 leden en is aan 9 universiteiten werkzaam met 7 leerstoelen, waar ze jaarlijks tussen de 200 tot de 300 studenten bereikt.
Prof. dr. S. Griffioen, emeritus hoogleraar in Leiden en Amsterdam, noemde de onderlinge discussies in reformatorisch-wijsgerige kring in het verleden geladen, antithetisch gericht. „Wij namen de wijsbegeerte ernstig en hielden de zaken op scherp, in de overtuiging dat ernst maken de wijsbegeerte ten goede zou komen. Deze geladenheid veroorzaakte ook spanning en onbegrip. Het was niet gemakkelijk om de juiste toon te treffen én ernstig genomen te worden door de buitenwereld. De vereniging kon naar buiten de indruk wekken een bastion te zijn. De achterliggende overtuiging van de vereniging wekte eerder vervreemding dan herkenning.”
Het „onvrijwillige isolement” werd geaccepteerd „zonder ressentiment”, aldus Griffioen. „De reformatorische wijsbegeerte heeft een ethos, niet een progamma. Dat ethos formuleert de overtuiging dat de wetenschap een creatuur is waaraan recht gedaan moet worden. De reformatorische wijsbegeerte respecteert de verscheidenheid in de werkelijkheid en wil niets uitsluiten dat kenbaar is.
Het christelijk denken raakt de ambtelijke positie van de mens als beelddrager Gods. Het filosoferen vanuit de oorsprong van de werkelijkheid is belangrijker dan de vraag of we na 75 jaar vooruitgang hebben geboekt. Zelfrelativering én ernst, die tweeheid zou alle filosoferen moeten kenmerken.”
Dr. J. Chaplin (Cambridge) belichtte de doorwerking van de reformatorische wijsbegeerte in verschillende landen, zoals Amerika en Zuid-Afrika. De reformatorische wijsbegeerte vormde een intellectuele gemeenschap die zich verwant voelde met een neocalvinistische wereldbeschouwing. De reformatorische wijsbegeerte werd verbreid door missionair ingestelde christenen, met name door leden van de orthodoxe presbyteriaanse kerken in Korea, Indonesië, Engeland en Ierland.
Prof. dr. P. Derkx, hoogleraar humanisme en wereldbeschouwing aan de Universiteit voor Humanistiek, kwam in aanraking met de reformatorische wijsbegeerte toen hij promotieonderzoek verrichtte naar de VU-hoogleraar H. J. Pos, die gereformeerd werd opgevoed maar als humanist eindigde. Wijsbegeerte is volgens dr. Derkx uitdrukking van de ene mensheid, waarin filosofen met elkaar in debat zijn en zich niet opsluiten in eigen levensbeschouwelijke kring.
Echt goede filosofie erkent een universele intentie én een existentiële verworteling, stelde prof. dr. R. van Woudenberg, decaan van de filosofische faculteit van de VU. „De reformatorische wijsbegeerte heeft zich altijd verbonden met een motivatie, maar dat betekent niet dat zij alleen private meningen wilde verkondigen.”
Filosofie mag geen levensbeschouwing worden, aldus Griffioen. „Levensbeschouwing en filosofie zijn parallel geschakeld, maar zijn beide wel geworteld in één persoon.” Hij ziet een taak om de verschillen tussen de filosofische standpunten niet te verdoezelen. „Ze worden vaak niet gepeild, ook geestelijk niet.”