Buitenland

Premier Kosovo organiseerde handel in organen

PRISTINA/BELGRADO (ANP) – De huidige premier van Kosovo Hasim Thaçi leidde in 1999 samen met andere leiders van het Kosovo Bevrijdingsfront (UÇK), een criminele organisatie die mensen ontvoerde om hun organen te kunnen verkopen. Dat meldde omroep B92 in Belgrado dinsdagavond op basis van een rapport van de Raad van Europa.

15 December 2010 08:18Gewijzigd op 14 November 2020 12:54
Foto EPA
Foto EPA

Redacteuren van B92 hebben inzage gehad in het rapport dat donderdag zal worden behandeld in de Commissie voor de Mensenrechten van de Raad, die zetelt in Straatsburg en waarbij 47 landen zijn aangesloten. Over deze kwestie deden al jarenlang geruchten de ronde maar tot nu toe waren er geen harde bewijzen.

Volgens Dick Marty van de Raad van Europa, voormalig officier van justitie in Zwitserland, geeft het door hem gevonden bewijsmateriaal aan dat onder leiding van Thaçi Serviërs en Albanezen in geheime gevangenissen in Noord-Albanië gevangen werden gehouden. Vervolgens werden de organen van de gevangenen in geïmproviseerde klinieken door UÇK-artsen verwijderd en verdwenen de slachtoffers spoorloos.

Thaçi zou als één van de commandanten van het Kosovo Bevrijdingsleger (UÇK) de zogenaamde „Drenica Groep” hebben geleid. Dick Marty schrijft daarover: „De leiders van de Drenica Groep waren verantwoordelijk voor de geheime gevangenissen in Albanië en voor het lot van de mensen die er waren opgesloten. Velen van hen waren burgers die in Kosovo waren gekidnapt.”

De regering van Kosovo reageerde dinsdagavond woedend op de publicatie. De autoriteiten in Pristina zeiden het rapport ongefundeerd en lasterlijk te vinden en dreigden met juridische stappen.

In zijn rapport bekritiseert Marty ook het internationale bestuur over Kosovo. Dat beschikte volgens hem al in 2000 in deze zaak over bewijzen maar vond het omwille van de stabiliteit in het gebied niet wenselijk om de kwestie serieus te onderzoeken. Ook de NAVO-troepenmacht beschikte volgens hem in over bewijsmateriaal zonder iets te ondernemen.

Marty schrijft dat veel getuigen van de gebeurtenissen inmiddels vermoord zijn. Degenen die nog in leven zijn weigerden uit angst te getuigen. Toch zegt hij over voldoende bewijzen te beschikken om de verantwoordelijken voor de rechter te krijgen.

Als de commissie voor de mensenrechten het rapport van Marty goedkeurt, wordt het in januari behandeld door de parlementaire assemblee van de Raad van Europa.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer