Raven waren rond 1930 in Nederland uitgeroeid. Sinds in de jaren zeventig en tachtig Duitse raven op de Veluwe zijn uitgezet, heeft de soort zich hier tot negentig à honderd broedparen uitgebreid.

Het aantal broedparen van roeken en eksters ontloopt elkaar niet veel: van beide zijn er circa 60.000 broedparen. Het aantal eksters is tussen 1990 en 2001 echter met ongeveer eenderde afgenomen.

Van de kraaiachtigen is de kauw de meest voorkomende. Het gaat hier om grofweg 200.000 paren. In aantal broedparen wordt de kauw gevolgd door de zwarte kraai: tussen de 70.000 à 100.000, ongeveer 20 procent meer dan tien jaar geleden.

Kauwen, kraaien, roeken en eksters kunnen landbouwgewassen beschadigen. Bij aantoonbare schade kunnen jagers toestemming krijgen om deze beschermde soorten te verjagen, te verstoren of te doden.