Seijbel schrijft op zijn eigen wijze, alsof hij een groep meeneemt op orgeltocht. Na een heel summiere inleiding over Gelderland als orgelprovincie start hij in het zuiden, waar in de hervormde kerk van Westervoort een instrument van Van Oeckelen staat. Via allerlei bijzondere (Drempt!) en minder bijzondere orgeltjes komt Seijbel in Doesburg, waar hij (wel erg) lang stilstaat in de Martinikerk.

Vervolgens gaat het op Zutphen aan. Opnieuw blijkt de IJsseldelta orgeljuweeltjes te herbergen, onder andere in Bronkhorst (Hinszkabinetorgel) en Hall (van de onbekende Van Loo). In Zutphen verwijlt Seijbel (erg) lang in de Walburgiskerk.

Dan komen we in de streek waar orgelbouwer Naber (Deventer) nogal wat sporen achterliet (Voorst, Bussloo, Gorssel, Terwolde). Het onlangs in gebruik genomen ‘nieuwe’ Naberorgel in Wilp kon slechts aangekondigd worden. Het mooie Reilorgel waarover hervormd Wapenveld sinds twee jaar beschikt, staat er gelukkig wel in. Vóór Wapenveld hebben we dan eerst nog kennisgemaakt met een van de oudste orgels van de IJsselvallei, het Bätzorgel van hervormd Oene. In Hattem –veel aandacht voor de orgels van de Grote Kerk– eindigt Seijbels orgeltocht.

Mooi is dat op twee cd’s een aantal onbekende orgels te beluisteren is. Verder bevat het boek veel foto’s. Kortom: voer voor orgelfreaks.

Bekende en onbekende orgels langs de IJssel (provincie Gelderland), Maarten Seijbel (samenst.); uitg. Stichting Nationaal Historisch Orgelmuseum, Elburg, 2010; 176 blz.; incl. 2 cd’s; € 24,90; bestellen: m.seijbel.1@kpnmail.nl.