De ”Messiah” op Utrecht Centraal
UTRECHT – Te midden van de wirwar aan treinreizigers klonk zaterdagmiddag op Utrecht Centraal ineens adventsmuziek van Händel. „We doen het voor God.”
Zaterdagmiddag, tien voor één. Het is koud in de grote hal van Nederlands grootste station. Mensen lopen af en aan, sommigen staan stil bij het grote bord met de vertrektijden van de treinen.
De hal is versierd. In de lucht hangen kerstballen en glinsterend-rode figuren. Bij advent en Kerst hoort sfeer, ook in een stationshal.
Tegenover het grote bord staat een groepje jongvolwassenen. Een tas aan de schouder, krantje in de hand. Niets opvallends. Ineens beginnen een paar van hen te zingen. „And the glory of the Lord shall be revealed.” Anderen vallen hen bij. De groep wijkt wat uiteen, zodat een groot vierkant ontstaat. Omstanders blijven verwonderd stilstaan.
Even later is duidelijk wat de groep zingt: het vierde deel uit de ”Messiah” van Händel. Het stuk waarin het koor zingt vanuit Jesaja 40 dat de heerlijkheid van de HEERE geopenbaard zal worden. „En alle vlees te gelijk zal zien, dat het de mond des HEEREN gesproken heeft.”
Hoge, ijle vrouwenstemmen wisselen de baspartij af. Sommige zangers blijken in hun krantje een partituur van de ”Messiah” te hebben verstopt. Anderen zingen uit het hoofd en lopen van de ene naar de andere kant. Een van hen lijkt ondertussen aan het bellen te zijn.
Het geluid –de groep zingt a capella– verwaaiert in de grote hal. Een echte eenheid wordt het koortje niet. Halverwege valt het zelfs even helemaal stil. Maar de zangers herpakken zich en halen de eindstreep. De slotakkoorden klinken als een klaroenstoot door de hal: „For the mouth of the Lord hath spoken it.”
Drie minuten hooguit duurt het optreden. Een kort applaus, en de zangers verspreiden zich weer onder de reizigers. Een vrouw staat ietwat beduusd. Ze heeft genoten, zegt ze. „Prachtig, zulke muziek. Ik ben net op weg naar een concert. Heel verrassend, zulke adventsmuziek hier in de stationshal. Ja, we weer zijn op weg hè.”
Suzan Letteboer uit Amersfoort zit achter de zogenaamde flashmob, een actie waarbij een groep mensen plotseling op een openbare plek samenkomt, iets ongebruikelijks doet en daarna weer uiteenvalt. Ze werd op het idee gebracht door een filmpje op YouTube. Te zien is hoe in Welland (Cananda) te midden van het winkelend publiek in het winkelcentrum Seaway ineens een aantal mensen het Hallelujahkoor uit de ”Messiah” van Händel aanheft.
Letteboer werd enthousiast en besloot iets dergelijks op touw te zetten voor hier. Ze benaderde vrienden en bekenden en kreeg zo’n dertig man op de been om thuis te gaan oefenen en zaterdag naar Utrecht Centraal te komen.
Ze noemt de actie een „moderne manier van op de barricade staan, een manier om invulling te geven aan de adventsgedachte.” Bewust koos ze niet voor het Hallelujahkoor van Händel. „Dat is een stuk ingewikkelder en kost dus meer voorbereidingstijd – we hadden maar twee weken de tijd om mensen bij elkaar te zoeken en te oefenen. Daarbij komt dat in Nederland het Hallelujahkoor ook wel eens een beetje godslasterlijk wordt gebruikt. Het stuk heeft voor mij inmiddels een bijna negatieve lading gekregen. Daarom is het ”And the glory of the Lord” geworden. Leuk iets nieuws, terwijl je heel mooi over Gods eer en glorie zingt.”
Alle deelnemers aan de flashmob zijn christen. Het doel van hun actie is evangelisatorisch van aard, zegt Letteboer. „We doen het voor God. Heel Nederland staat weer in het teken van kerstmis, terwijl het overgrote deel van de bevolking niet meer stilstaat bij de reden van dit feest, de geboorte van onze verlosser Jezus Christus.” De zangers hopen op deze manier het christelijk geloof op een positieve manier bij de mensen onder de aandacht te hebben gebracht. „Hopelijk zien mensen dat christenen helemaal niet zo simpel zijn als vaak wordt gedacht, dat ze ook leuke dingen kunnen doen. En misschien dat iemand denkt: Laat ik ook weer eens naar de kerk gaan.”