Klimaattop Cancun dreigt vrijblijvend te eindigen
CANCUN – Op de VN-klimaattop in het Mexicaanse Cancun moet vrijdagnacht een concept van een nieuw klimaatverdrag op tafel liggen dat het oude uit 1997 gaat vervangen. Het is de vraag of dat gaat lukken. Ligt er na Kopenhagen een tweede debacle in het verschiet?
Op de klimaatonderhandelingen in Kopenhagen vorig jaar hadden de afgevaardigden nog de ambities om tot een bindend akkoord te komen en de uitstoot van CO2 te beperken. Met het mislukken van die top lijken ook die voornemens verdwenen.
„Er is echter in Cancun wel een gevoel van urgentie om het eens te worden over wat tussenstappen”, analyseert Silke Nieuwenhuis, die daar voor ontwikkelingorganisatie ICCO aanwezig is.
De landen bereiken vrijdag mogelijk een overeenkomst op een aantal minder heikele punten, zoals het programma REDD tegen ontbossing. Ook breiden de rijke landen hun steun aan derdewereldlanden waarschijnlijk uit. De arme landen kunnen zich daarmee beschermen tegen de gevolgen van de opwarming van de aarde. Daarnaast is de opslag van CO2 door de ambtelijke commissies geaccepteerd als maatregel om CO2-uitstoot te beperken.
Op de hoofdpunten zitten de onderhandelingen tussen de 194 landen echter muurvast. Christiana Figueres, hoofd van het VN-klimaatbureau (UNFCCC), erkende zaterdag dat de kans op een mislukking met de dag groter wordt.
Ze waarschuwde de wereld dat er op deze manier geen vervanger komt van het Kyotoprotocol uit 1997 dat in 2012 afloopt. Figueres volgde in juli de Nederlander Yvo de Boer op als secretaris van het UNFCCC.
Er bestaan vooral grote meningsverschillen over centrale thema’s zoals financiering en verdergaande CO2-reductie door de rijke landen. Daarover zullen de onderhandelaars het snel eens moeten worden. Wanneer het Kyotoverdrag afloopt moet er wel een opvolger klaarstaan.
De verwachtingen dat daarin voortgang wordt gemaakt, zijn niet hooggespannen. Eerder maakte Japan al bekend dat het zijn economie voorrang geeft boven een nieuw klimaatverdrag, terwijl Zuid-Afrika eveneens de hakken in het zand heeft gezet. Daarnaast lijken China en de VS, die geen van beide het Kyotoverdrag hebben geratificeerd, niet van plan om veel water bij de wijn te doen. Maandag leek er echter wat beweging in het Chinese standpunt te komen.
Een groep landen onder leiding van Canada, Rusland en Japan verzet zich tegen een aanscherping van het Kyotoprotocol. Ze willen opkomende industrieën als Brazilië, Mexico, China en Zuid-Afrika dezelfde emissie-eisen opleggen als de rijke landen.
Dat standpunt irriteert de delegaties van verscheidene ontwikkelingslanden, onder meer die van de zogenaamde ALBA-alliantie, waarvan onder meer Venezuela, Cuba, Bolivia, Ecuador, Nicaragua en een reeks Caraïbische landen deel uitmaken.
Daarbij komt dat het vertrouwen in het VN-klimaatpanel IPCC niet zomaar is hersteld. Machtsmisbruik en manipulatie zijn er aan de orde van de dag. Ook zijn de temperatuurreconstructies verre van betrouwbaar en is de rol van CO2 in de opwarming van de aarde omstreden, ontdekte journalist Marcel Crok.
Een teken aan de wand is dat staatssecretaris Bleker (Landbouw) belangrijker zaken aan zijn hoofd heeft dan de klimaattop. Hij stuurt daarom zijn directeur-generaal Hans Hoogeveen.
„Het enige haalbare op dit moment is een sterk verwaterd en oppervlakkig akkoord”, denkt de Venezolaanse onderhandelaar Claudia Salerno. De laatste uitgelekte ontwerptekst voorziet daarom slechts in een vrijwillige reductie die elk land zichzelf kan opleggen. Veel afgevaardigden betwijfelen nu al of het volgend jaar in Johannesburg zal lukken om een nieuw en bindend klimaatverdrag te sluiten.