Herstel chemiesector vlakt af
DEN HAAG (ANP) – Het was een goed jaar voor de chemische industrie in Nederland. De productie en omzet komen naar verwachting dicht tegen het niveau van 2007, het topjaar van voor de crisis. De groei vlakte in de tweede helft van dit jaar echter af en enkele sectoren blijven achter. Dat blijkt uit de evaluatie van 2010 en de verwachting voor het komende jaar die de Nederlandse Vereniging van de Chemische Industrie (VNCI) dinsdag naar buiten bracht.
De omzet van de branche komt dit jaar naar verwachting uit op 47 miljard euro, 25 procent hoger dan in 2009. De sterke groei komt op het conto van de eerste zes maanden. In het derde kwartaal was er sprake van stabilisatie en het productievolume in het vierde kwartaal zal naar verwachting iets lager uitkomen dan in de maanden daarvoor. Deze trend zet zich ook in 2011 voort. Het productieniveau blijft gehandhaafd, maar van groei zal nauwelijks sprake zijn, denkt de VNCI.
In de basischemie, waar bedrijven een tussenproduct leveren voor verdere bewerking, wordt de capaciteit inmiddels weer volledig benut, zegt VNCI-voorzitter Werner Fuhrmann. Maar de eindchemie, die kant-en-klare producten levert aan onder meer de bouwsector, blijft steken op het toch al lage niveau van vorig jaar. Dat is het gevolg van het uitblijven van positieverbetering van de afnemers. „Wij zien slechts een heel beperkt herstel in de bouwsector”, aldus Fuhrmann.
De investeringen van de chemische branche trekken volgend jaar aan. Ondernemers in de chemische industrie verwachten dan 70 procent meer te investeren, zo bleek eerder uit een enquête van het Centraal Bureau voor de Statistiek. „Wij komen van een heel laag niveau”, relativeert Fuhrmann. In 2010 lagen de investeringen weer 20 procent lager dan in 2009, vult VNCI-directeur Coletta Alma aan.
De VNCI maakt zich volgens Alma grote zorgen over het schrappen van de innovatiesubsidies voor de industrie. Zo staan bijvoorbeeld de samenwerkingsprogramma’s van bedrijven met universiteiten na het aantreden van het nieuwe kabinet ter discussie. „Chemie is kennisintensief. In Nederland draagt de chemie nu sterk bij aan de economie en ook de opleidingen zitten bij de sterkste ter wereld. Dat zou wel zo moeten blijven.”
De branche snakt naar duidelijkheid wat betreft het beleid ten opzichte van CO2-uitstoot. De afspraken die eerder zijn gemaakt over de kosten van CO2-uitstoot zijn volgens de VNCI nog te onduidelijk. „Wij steunen het initiatief, maar dan moet het veel beter worden uitgewerkt, zodat het leidt tot stimulering van innovatie en niet tot ongelijkheid ten opzichte van andere regio’s”, aldus Fuhrmann. Noch in Kopenhagen, noch vorige week in Cancun is hierover iets afgesproken.
Het is volgens Fuhrmann duidelijk dat er „alleen een toekomst is voor chemie in Nederland en Europa als er flink in wordt geïnvesteerd”. Onzekerheid over de regelgeving is fnuikend voor investeringen. „Wij hebben het niet over doemscenario’s”, aldus de VNCI-voorzitter. „Maar Europa moet wel in staat blijven om te concurreren. Op het moment dat wij merken dat het misgaat, is het al te laat.”