Paleis op de Dam kan mee tot 2050
AMSTERDAM (ANP) – De gevels van het gerenoveerde Paleis op de Dam kunnen weer mee tot 2050. Dit zei restauratiearchitect Krijn van den Ende donderdag tijdens een werkbezoek aan het Koninklijk Paleis Amsterdam. De herstelwerkzaamheden liggen op schema, zowel wat budget betreft als qua tijd.
Op de hoek Nieuwezijds Voorburgwal en de Paleisstraat zijn de steigers al verwijderd en kan het publiek de eerste resultaten zien van het grootschalig onderhoud aan de buitenkant. Eind 2011 staat het gebouw er weer in volle glorie bij.
Sinds juni 2009 zijn 250 van de 25.000 blokken zandsteen van het zeventiende-eeuwse paleis na een uitgebreide inspectie vervangen door nieuwe. De Rijksgebouwendienst had aanvankelijk rekening gehouden met het dubbele aantal.
De grootste problemen zijn geconstateerd in het hoofdgestel bij de dakrand, waar vocht de steen had aangetast. Van den Ende: „Schilfers vielen er af en omwille van de veiligheid wachten we natuurlijk niet op het moment dat mogelijk grotere stuken naar beneden vallen.” De nieuwe blokken zandsteen komen weer uit Obernkirchen, uit dezelfde groeve als waar 350 jaar geleden de stenen voor de bouw van het toenmalige stadhuis vandaan kwamen. De oude blokken zijn gedocumenteerd en opgeslagen.
De huidige restauratie is erop gericht om het oorspronkelijke uiterlijk van het monument zo veel mogelijk te behouden. Nieuwe blokken krijgen een donkerder kleur en omgekeerd, waardoor de bonte kleurcontrasten worden verzacht. Van den Ende: „Tijdens restauraties in het verleden zijn witte blokken tussen donkere geplaatst, wat de architectuur heeft vertroebeld. Per blok bepalen we nu de staat van onderhoud en beoordelen we of een kleurcorrectie nodig is.”
Het gebouw krijgt ook de smalle voegjes terug die in de vorige eeuw tijdens een restauratie zijn weggeslepen. Het monument krijgt hierdoor een egaler uiterlijk.
Blikvanger in de toekomst wordt het timpaan van wit marmer bovenin de gevel waar aan de Damzijde zeegoden een hulde brengen aan de Amsterdamse Stedenmaagd. In de jaren dertig zijn haar neus en schild vervangen door zandsteen, dat beter bestand is tegen het Nederlandse klimaat. Nu is het beeld weer egaal wit. Versuikerd marmer van de beelden die haar omringen, wordt nauwkeurig geïnjecteerd.
De restauratie kost 35,5 miljoen euro.