Geen brug te ver
Nijmegen, 18 september 1994. In een Shermantank rijdt voormalig NAVO-secretaris-generaal Lord Carrington over de Nijmeegse Waalbrug.
Een halve eeuw eerder was de toen 35-jarige Brit commandant van een van de eerste Shermans die over de pas veroverde brug reden. Vervolgens liet hij echter zijn landgenoten die bij de Arnhemse Rijnbrug in het nauw zaten in de steek: oprukken vond hij te gevaarlijk, dus ging hij maar theedrinken.
Die beschuldiging uit althans de Amerikaanse oud-officier T. Moffatt Burriss in zijn memoires, die onlangs in het Nederlands zijn vertaald. Burriss zette Carrington zelfs een pistool tegen het hoofd, maar de Britse kapitein zei dat hij zonder bevel van hogerhand niet verder mocht.
De verbittering over die gang van zaken –eerder door een andere officier al geuit in C. Ryans ”Een brug te ver”– is voelbaar aanwezig in Burriss’ boek. Feitelijk was niet Carrington, maar diens bevelhebber, generaal Horrocks, verantwoordelijk voor het besluit om niet verder door te stoten. „Nee, Arnhem was geen ‘brug te ver’. Het was een Britse generaal die niet ver genoeg wilde gaan, die zijn woord niet hield.”
Dat woord had Burriss zelf gehoord: „Mijn tanks zullen op volle sterkte opgesteld worden bij de brug, klaar om te vertrekken, linea recta naar Arnhem. Niets zal hen tegenhouden.”
Maar eerst moesten die tanks de Waal over, en daarvoor moest de brug worden veroverd. Dat namen de Amerikanen voor hun rekening in een levensgevaarlijke operatie. Onbeschermd, in ongeschikte boten, zonder veel roeiervaring, staken ze de vlakke uiterwaarden en de rivier over terwijl Duitse kogels op hen neerhagelden. De verliezen waren groot. De Amerikanen die de overkant bereikten, zorgden ervoor dat de Duitsers de brug niet konden opblazen. Toen konden de Britten oprukken. Om –volgens de lezing van Burriss– op de noordoever thee te gaan drinken, terwijl de Britten en de Polen ten noorden van de Rijn steeds meer in het nauw gedreven werden.
Voer voor militaire strategen. Het voordeel van memoires is dat niemand je tegenspreekt.
Burriss werd tijdens zijn latere bezoeken aan Nederland vervuld met verdriet over de verloren kameraden, maar ook met woede over het gebrek aan moed dat hij bij de Britten zei te signaleren.
Terugkeren naar Nederland deed Burriss nog meermalen. In 2009 was hij –89 jaar oud– een van de twee veteranen die tijdens de herdenking van Operatie Market Garden een parachutesprong maakten bij Overasselt, boven hetzelfde landingsgebied als 65 jaar eerder. Twee dagen later ontmoette hij koningin Beatrix.
Het parachutistenechtpaar Van Ensbergen heeft nu zijn memoires in het Nederlands gepubliceerd. Hun uitgeverij is genoemd naar een van de plaatsen waar bevrijders en bezetters verbeten met elkaar vochten: de Duivelsberg bij Nijmegen.
De hoogbejaarde schrijver vertelt niet alleen over Market Garden, maar ook over zijn inzet in Noord-Afrika en Italië, tijdens het Ardennenoffensief en in Duitsland. Ook strijdmakkers leverden verslagen in voor dit boek. De verhalen vullen elkaar aan.
Burriss’ verslag leest als een spannend jongensboek, al is het huiveringwekkend om te lezen hoeveel jonge levens de bevrijding van Europa en van dit kleine stukje Nederland kostte.
Sla toe & houd stand. Het relaas van de 82ste luchtlandingsdivisie in de Tweede Wereldoorlog, T. Moffatt Burriss; uitg. De Duivelsberg, Nijmegen, 2010; ISBN 978 90 8156 231 7; 251 blz.; € 24,99.