„Boerderijen De Horsten geen monument”
WASSENAAR (ANP) – Twee boerderijen van de Oranjes op landgoed De Horsten in Wassenaar hoeven niet te worden aangewezen als monument. Dat heeft de Bond Heemschut, die zich inzet voor de bescherming van cultuurmonumenten, donderdag geadviseerd aan de gemeente Wassenaar.
De organisatie trekt hiermee haar steun in aan het verzoek van twee andere partijen, het Cuypersgenootschap en de Stichting Historisch Centrum Wassenaar (SHCW), om de boerderijen aan te wijzen als monument. Als dit gebeurt, zou de gemeente geen sloopvergunning kunnen verstrekken aan de Oranjes.
De koninklijke familie wil graag twee naoorlogse boerderijen op De Horsten slopen om daar nieuwe gebouwen neer te zetten die erfpachtinkomsten kunnen genereren. Wel wil de Bond Heemschut dat de gemeente Wassenaar heldere randvoorwaarden opstelt voor de herinrichting van de locatie die „past binnen de waardevolle cultuurhistorische structuur en identiteit van het landgoed”.
De organisatie komt tot haar conclusies nadat specialisten van de Bond Heemschut in oktober een bezoek hadden gebracht aan de boerderijen op De Horsten. Zij hadden hiertoe in september een verzoek ingediend bij de Dienst Koninklijk Huis. Op deze manier konden de stedebouwkundigen en architectuurhistorici van Heemschut een goed beeld krijgen van de mogelijke monumentale waarde van de panden.
Het Cuypersgenootschap stelt in een reactie zich niet te kunnen vinden in de conclusies van de Bond Heemschut en de procedure om een monument van de boerderijen te maken onverminderd voort te zetten. De Stichting Historisch Centrum Wassenaar, de gemeente Wassenaar en de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) konden donderdag niet reageren op het nieuwe standpunt van de Bond Heemschut.
De twee andere klagers hebben vooralsnog geweigerd hun bezwaarschrift tegen het besluit van de gemeente om de boerderijen op De Horsten niet aan te wijzen als monument, in te trekken. De gemeente had hierom gevraagd omdat de hele procedure over het mogelijk aanwijzen van de twee panden als monument moet worden overgedaan. Beide klagers zijn bang hun rechten te verliezen als zij hun bezwaarschriften intrekken.
Wanneer de procedure opnieuw van start gaat, kan de gemeente nog niet zeggen.