Leren evangeliseren van Javaanse christenen
DRIEBERGEN – Op een gemotiveerde en ontspannen manier evangeliseren is mogelijk. Dat zag drs. Simon J. van der Vlies tijdens zijn onderzoek naar het zendingswerk van de gereformeerde kerk GKJTU op het overwegend islamitische Java.
In zijn werkomgeving werd ds. Van der Vlies, stafmedewerker studie en vorming bij de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) en predikant binnen de Protestantse Kerk in Nederland, regelmatig geconfronteerd met twee tegenstellingen in de manier waarop zending en evangelisatie worden bedreven. Die van wij tegenover zij (van de kerk naar de wereld) en die van het woord tegenover de daad.
Tegenstellingen die niet Bijbels en niet vruchtbaar zijn voor de missionaire praktijk, vond hij. „De wij-zijtegenstelling creëert een grote afstand tussen christenen en niet-christenen en de woord-daadtegenstelling schept een tweedeling in de verkondiging van het Evangelie.”
Reden voor hem om voor een masterscriptie theologie aan de Universiteit Utrecht onderzoek te doen naar een ander uitgangspunt voor het bedrijven van zending: het denken en werken vanuit het concept van het koningschap van God, ofwel de autoriteit van God in hemel en op aarde.
Een kerk die vanuit deze visie zending onder moslims bedrijft, is de Gereja Kristen Java Tengah Utara (GKJTU) op het Indonesische Java, een van de partners van de GZB. Ds. Van der Vlies bracht vorig jaar een bezoek aan de kerk. Het viel hem op dat Javaanse christenen de wij-zijtegenstelling zoals in Nederland niet kennen. „Velen van hen hebben vrienden, collega’s, klasgenoten en buren die moslim zijn. Ze beschikken dus al op jonge leeftijd over kennis en vaardigheden om met moslims om te gaan. Dat zorgt voor een ontspannen houding.”
Op de afdeling studie, training en vorming van de GKJTU koos men zelfs bewust als logo Ganesha, de god van de wijsheid in het boeddhisme en hindoeïsme en vulde dat beeld christelijk in. „Daarmee komt de kerk (wij) de wereld (zij) maximaal en ontspannen tegemoet”, aldus de GZB’er.
Ook de paradox tussen woord en daad is op Java niet zo strikt als in Nederland. Ds. Van der Vlies: „Alle programma’s van de kerk worden zonder onderscheid aangeboden aan christenen en niet-christenen en zijn bedoeld om mensen te helpen; niet om met een verborgen agenda mensen tot geloof te brengen.”
Werken vanuit het koningschap van God zorgt voor een ontspannen en gemotiveerde manier van zending bedrijven, concludeerde de GZB-medewerker. „Wij voelen ons vaak verplicht om het in een gesprek met niet-christenen over Jezus te hebben. Javaanse christenen laten in hun werk en programma’s de liefde van God voor deze wereld zien. Als de gelegenheid zich voordoet, spreken ze over het Evangelie. Is die gelegenheid er niet, dan niet. Het Koninkrijk van God hangt immers niet af van onze inspanningen, zo redeneren ze. Dat spreekt mij aan.”
Het feit dat de gereformeerde christenen op Java niet in het isolement hun kracht zoeken, heeft ook de gereformeerde gezindte in Nederland wat te zeggen, denkt ds. Van der Vlies. „Op Java kwam ik christelijke scholen tegen die vanuit hun gereformeerde identiteit grote groepen moslimleerlingen verwelkomen. Zij zien hun onderwijs als een missionaire mogelijkheid. Dat moet ons aan het denken zetten.”
In Nederland dringt volgens hem het denken vanuit het koningschap van God door in steeds meer kerken en zendingsorganisaties. „Velen zien dat je met wij-zijdenken niet bij de ander uitkomt. Het is veel vruchtbaarder om iets van de trouw en liefde van God te laten zien. Als mensen niet meer naar de kerk toe gaan, moeten christenen de wereld opzoeken.”
Individuele christenen moeten vooral zichzelf zijn op de plek waar God hen roept, denkt de GZB’er. „Houd van de ander en bid om het Koninkrijk. Het Koninkrijk is van God en niet van ons.”
Vervolgonderzoek naar de koningschapstheologie is volgens ds. Van der Vlies broodnodig. „Juist voor de kerk van de Reformatie liggen hier veel perspectieven.”