Muziekschool Rijssen viert 50-jarig jubileum
RIJSSEN – „Jongeren die muziek maken, trappen geen bushokjes in elkaar”, zei een bestuurslid ooit. De uitspraak onderstreept het belang van de Muziekschool Rijssen, vindt directeur en docent Dick Sanderman. Donderdag viert zijn school met een concert in het Parkgebouw in Rijssen haar vijftigjarig jubileum.
Ongeveer honderd zijn het er in juni 1960. Leerlingen die op de Muziekschool Rijssen en omstreken les krijgen op orgel, piano, gitaar en blokfluit. Het duurt nog tot oktober van dat jaar voordat het muziekcentrum voor Rijssen en Holten zijn officiële status krijgt.
„Het toenmalige bestuur moest vissen in een vijver van docenten die lang niet allemaal geschoold waren, maar toch aardig met een instrument overweg konden”, vertelt Sanderman. „Sommigen van hen waren een soort instrumentale duizendpoten.”
Veel burgers moeten in de beginjaren wennen aan het idee van een muziekschool. „De muziekleraar kwam tot die tijd altijd aan huis. Er was een vader die meende dat hij voor de orgelles van zijn dochter elke week het huisorgel naar de muziekschool moest brengen.”
In 1980 zijn er plannen om de Muziekschool Rijssen en omstreken op te laten gaan in streekmuziekschool Noord-Twente. „De gemeenteraad stemde tegen dat plan”, aldus Sanderman, „omdat het zou inhouden dat men ook subsidie gaf aan balletonderwijs. Dat was voor een meerderheid van de raad een brug te ver.”
Het houten gebouwtje waarin de muziekschool is gevestigd, voldoet niet meer aan de eisen van de tijd. Het is er gehorig en warm. Eind 1980 besluit de raad het pand De Schakel aan de Ter Horststraat ter beschikking te stellen. Het gebouw is flink verwaarloosd en wordt grondig opgeknapt. „Aanvankelijk zat er ook een peuterspeelzaal bij in”, zegt de muziekschooldirecteur. „Roezemoes, heette die. Niet ten onrechte, want de peuters crossten met hun fietsjes door de gang. Er was binnen zelfs een zandbak. Als een muziekschoolstudent examen deed en de commissie zich moest beraden op haar oordeel, zei men vaak tegen de leerling: „Ga maar even in de zandbak spelen.””
Begin jaren 80 komt het tot een breuk tussen de Rijssense en de Holtense bestuursafdeling. De muziekschool wil rijkserkenning, maar moet daarvoor aan allerlei voorwaarden voldoen. Van de achttien docenten zijn er niet meer dan vijf bevoegd, drie studeren op dat moment nog en tien zijn onbevoegd. In Holten zijn ze boos, omdat de rijksinspecteur onomwonden stelt dat onbevoegde docenten moeten verdwijnen. De toenmalige burgemeester van Holten noemt de inspecteur „ongehoord brutaal.”
In januari 1983 gaat de afdeling Holten zelfstandig verder. De felbegeerde rijkserkenning komt er voor Rijssen in oktober 1986. In 1989 telt de muziekschool 408 leerlingen.
De successen voor de muziekopleiding volgen elkaar op. In 1997 behaalt orgelleerling Pieter Meijer de tweede plek tijdens het Nationaal Orgelconcours voor amateurs in Elburg. Anneke Sanderman is in 2004 finaliste bij de talentenjacht van Stichting Jong Muziektalent in Enschede. Oud-leerling Vincent van Gelder maakt in 2008 zijn debuut in Carnegie Hall in New York en is professioneel concertpianist in Amerika.
De animo voor een opleiding aan de Rijssense muziekschool –sinds begin dit jaar in een nieuw hypermodern pand naast het Parkgebouw– is onder de jongeren onveranderd groot, merkt Sanderman. „Voor de opleidingen gitaar en piano moeten we noodgedwongen een wachtlijst hanteren. Daarnaast is er veel vraag naar cello, slagwerk, zang en hobo. Daarom willen we het opleidingenaanbod verbreden. Iedereen die wat in de muziek wil leren, moet hier iets van zijn gading kunnen vinden.” Sanderman hamert op het belang van een plaatselijke muziekschool. „Je geeft jongeren een stuk vorming mee. Je leert hun de schoonheid van muziek te ontdekken.”
Plannen genoeg, maar is het geld er ook? De musicus toont zich bezorgd. „Bij een jubileum als dit wil ik niet gaan somberen, maar in een recent gesprek met de gemeente werden we gewaarschuwd voor mogelijke bezuinigingen in 2012. Als we moeten snijden, zullen de tarieven omhoog moeten. We willen juist voorkomen dat we een instelling worden voor alleen de elite. Als de prijs te hoog wordt, zullen sommige jongeren noodgedwongen hun heil moeten zoeken bij de beunhaas. Zonder kwaliteitscontrole en zonder samenspelmogelijkheden zoals op een muziekschool. Daar zit niemand op te wachten.”