Ruimtestation ISS tien jaar bemand
PARIJS (ANP) – Een gedwongen geboorte, waar mensen gaandeweg van hebben leren te houden. Zo kan het internationale ruimtestation ISS worden omschreven. Dinsdag is het complex tien jaar aan een stuk bewoond, een record.
In zijn bestaan heeft het ISS bijna 70.000 rondjes rond de aarde gedraaid, één per anderhalf uur. Als het weer het toelaat is het station op zijn verjaardag boven Nederland te zien. Dinsdagavond trekt het station van west naar oost, rond kwart voor zeven en anderhalf uur later, rond kwart over acht, weer.
Dat het ISS überhaupt van de grond kwam, was bittere noodzaak. De Sovjet-Unie, de Verenigde Staten, Europa en Japan werkten allen aan hun eigen basis in de ruimte. Die plannen bleken echter onbetaalbaar. Na de val van de Sovjet-Unie sloegen Rusland en de VS dan ook de handen ineen. In 1993 ondertekenden de Amerikaanse vicepresident Al Gore en de Russische premier Viktor Tsjernomyrdin een verdrag voor een International Space Station, het ISS. Europa, Canada en Japan sloten zich daarbij aan.
Het eerste onderdeel van het ISS, de Russische module Zarya (Ochtendgloren), ging in november 1998 de ruimte in. Een maand later betraden de Amerikaan Robert Cabana en de Rus Sergej Krikaljov samen het ISS, als eerste mensen ooit. Op 2 november 2000 kwam de eerste vaste bemanning aan, bestaande uit twee Russen en een Amerikaan.
Sindsdien hebben bijna tweehonderd mensen uit vijftien landen het ISS bezocht, onder wie de Nederlander André Kuipers in 2004. Eind volgend jaar gaat hij, als eerste Nederlander ooit, terug naar de ruimte. Hij verblijft dan zes maanden in het ISS.
Tien jaar na de eerste bemanning is het ISS bijna af. De Discovery brengt de komende week een module naar het ISS. Begin volgend jaar gaat een onderdeel voor wetenschappelijke experimenten naar boven, de in Noordwijk ontwikkelde Alpha Magnetic Spectrometer. In 2012 wordt een nieuwe robotarm, ook van Nederlandse makelij, op het ISS geïnstalleerd.
Zo moeilijk als het ontstaan van het complex was, zo zeker is haar toekomst. Officieel loopt de missie over enkele jaren af, maar de deelnemende landen willen doorgaan tot in ieder geval 2020. De Verenigde Staten, Japan en Rusland hebben daarvoor al formeel het groene licht gegeven. Europa en Canada moeten dat nog doen, maar dit lijkt een formaliteit.