Obama poogt tij voor Democraten te keren
WASHINGTON – De tussentijdse verkiezingen die volgende week dinsdag in de Verenigde Staten worden gehouden bepalen niet alleen de nieuwe machtsverhoudingen in beide Kamers van het Congres, maar zijn ook een referendum over het beleid van president Barack Obama. Zijn Democraten stevenen volgens de peilingen af op een flink verlies. Het is voor hem alle hens aan dek om die nederlaag af te wenden.
President Obama maakt weer veel tijd vrij voor wat hij altijd al het beste kon: campagne voeren. De afgelopen weken reisde hij van de ene naar de andere staat om zich onder de mensen te begeven. In New Mexico bezocht hij –schijnbaar ontspannen in een overhemd met korte mouw– een typisch Amerikaans middenklassegezin en in Virginia een buurthuis met enkele tientallen bezoekers.
Overigens klonken de woorden van Obama vaak niet als de uitspraken van een winnaar. „Mensen zijn op dit moment gefrustreerd”, zei de president tijdens een bezoek aan Richmond. Obama sprak van „moeilijke tijden”, de slechte economie en het gebrek aan banen. „Maar we boeken enige vooruitgang”, zei hij.
De man in het Witte Huis staat voor zijn grootste beproeving sinds zijn verkiezing tot president. Twee jaar geleden was hij nog de veelbelovende jonge kandidaat die de wereld wilde veranderen met slogans als ”Yes we can”. Vandaag de dag moet hij veel teleurgestelde Amerikanen uitleggen wat er is misgegaan.
Ondanks alle steunmaatregelen onder Obama is de Amerikaanse economie nog steeds instabiel. En met een werkloosheidscijfer van rond de 10 procent zouden de Republikeinen veel winst kunnen behalen in het Huis van Afgevaardigden en de Senaat. Met een Republikeinse meerderheid in het parlement zal het nog een stuk moeilijker worden voor Obama om zijn beleidsagenda door te voeren.
Volgens een recente peiling van onderzoeksbureau Gallup heeft 45 procent van de Amerikanen waardering voor het beleid van de president. Dat is ongeveer gelijk aan de waarderingscijfers van de Republikein Ronald Reagan in 1982 en de Democraat Bill Clinton in 1994, halverwege hun eerste termijn. Hun partijen verloren in beide gevallen flink.
Uit recente peilingen blijkt dat circa 49 procent van de kiezers van plan is op 2 november zijn stem op Republikeinse kandidaten uit te brengen, tegen 43 procent voor Democratische kandidaten. Dat verschil lijkt niet onoverbrugbaar, maar belangrijker is dat de gefrustreerde en boze Republikeinse achterban veel gemotiveerder lijkt om naar de stembus te gaan.