Onderscheiden
Jesaja 48:22
„Maar de goddelozen hebben geen vrede, zegt de Heere.”
Omdat de staat der godzaligen en der goddelozen verschillend is, moeten zij ook verschillend behandeld worden. Het past een leraar niet een kind van God, een gekochte door het bloed van Christus, die door de Heilige Geest is vernieuwd, te behandelen als een slaaf. Het past ook niet geveinsde wereldlingen, die zorgeloos, burgerlijk en godsdienstig leven, te behandelen alsof zij gelukkig naar de hemel gaan.
Het Woord is wel vervuld met beloften, doch ook met dreigementen. Beide zijn het brieven, die hun afschrift hebben naar verschillende personen, tot wie ze behoren. De beloften zijn aan de godvrezenden gericht, de dreigementen aan de goddelozen. Op hen past het wee, op hen alleen. Als zij ongehoorzaam zijn en blijven, zullen zij het leven niet zien. De toorn van God blijft op hen. Met vlammend vuur zal God wraak doen over hen die Hem niet kennen. Omdat zij de rijkdom van Gods goedertierenheid en verdraagzaamheid verachten en de bekering weigeren, zal hun vergolden worden naar hun werken.
Dat zal verbolgenheid en toorn in de dag des toorns zijn, verdrukking en benauwdheid.
Henricus de Frein, predikant te Middelburg
(”De ongelukkige staat der godlozen”, 1722)